Maandag met muziek

Net als voorgaande jaren begin ik de week met muziek. Met melodieën die vrolijk maken, je ontroeren, waarom je soms om moet lachen of die je zo raken, dat je even stil moet gaan zitten. Modern, een beetje klassiek, uit de jaren van mijn jeugd, songs van nu of strepige opnames uit de oude doos. Kortom, van alles wat en hopelijk voor elk wat wils.

Een heel bekende Folk-song, van Paul McCarntney en Wings: Mull of Kintyre”

Creatief

Sommige mensen kunnen van (bijna) niks iets heel leuks maken. Soms zie je dat voorbij komen op Facebook of Instagram, zoals bijvoorbeeld dit filmpje, dat laat zien hoe Cait van een stapel reclame boodschappentassen een baljurk maakt.

Bron: Instagram / CaitConquers

De tassen lijken me van een non-woven materiaal te zijn en ze zijn uiteraard bedrukt met het logo en de naam van het bedrijf.

De rok bestaat uit meerdere banen en heeft een leuke achterkant, waar Cait met heel veel fantasie een soort sleep van het logo heeft gemaakt.

Het lijfje bestaat uit de banden van de tassen en als baleinen werden “tiewraps” gebruikt.

Het resultaat is een vrolijke knalrode jurk. De onvermijdelijke reclame stoort eigenlijk niet eens.

Ik denk dat deze jurk op een modeshow hoge ogen zou gooien.

Altijd handig

Bron: Instagram / Wonderful-World-English

We spreken allemaal wel een woordje Engels. Maar zelfs als je je verdiept hebt in die taal, kom je wel eens voor raadsels te staan.

Dat wat we dagelijks gebruiken mag dan voor ons heel logisch zijn, maar hoe noem je dat dan in het Engels?

Die can-opener was niet zo’n probleem, maar een ladle of een masher? Zie je meteen was er bedoeld wordt of weet je het woord op te lepelen als je zoiets zou willen kopen?

Ja, tegenwoordig is internet en Google geduldig, maar vroeger was het soms een heel gezoek.

Bijzonder

Bron: Facebook / Recycled, Resored, Re-purposed, Re-used

Ik zag deze trap op Facebook. Geen idee waar, in welk gebouw of wie de architect is.

Gewoon een heel bijzondere en mooie trap.

Een trap om elegant af te lopen, maar vooral een trap om langzaam naar boven te gaan en op elke tree te genieten van dit fraaie ontwerp.

Collage (10)

Conny van Connysquilts lanceerde een nieuwe uitdaging. Ze vroeg ze om drie woorden te sturen, die als uitgangspunt zouden dienen van de collages. Wie wilde meedoen en twaalf weken lang een collage maken? Ik reageerde meteen.

En nu staat alweer de 11e collage hier, met de woorden: duifgrijs, bubbels, zentangle, tram en fabeldier.

Ik begon met duifgrijs, een saaie kleur waar ik niet veel mee heb. Voor wat meer speelsigheid sneed ik lange driehoekige stroken licht en wat donkerder grijs papier en plakte die om en om op een geel karton, met een ietsiepietsie ruimte ertussen.

Die tram, dat moest natuurlijk een ouderwetse Rotterdamse tram worden, waar ik op internet ruim kon kiezen. De bubbels liet ik stijgen uit diverse glazen, die ik ook dankzij Google vond.

Zentangle is iets waar ik graag naar kijk, maar zelf wat maken werd werkelijk helemaal niks. Dus opnieuw zocht ik hulp bij het wereldwijde web, net als voor het fabeldier. Ik heb een geduldige printer, maar dat leverde wel erg weinig eigen KnutzEls’ werk op. Dus kleurde ik het fabeldier in en liet het bevallig over de tram heen liggen. En toen vond ik het al met al best aardig geworden.

Ben je ook benieuwd wat de anderen er van maakten? Dat is allemaal te zien bij Conny, dus klik even hier.

Vakantieherinnering

In 1988 gingen we met onze toen nog tienerkinderen naar Weissenborn, in Duitsland. Het was de laatste plaats voor de Oostduitse grens.

Toen we aankwamen regende het, ook de volgende dag nog. Maar het werd alsmaar kouder, er hingen inmiddels ijspegels aan de waslijn. En toen we de volgende morgen naar buiten keken was de wereld helemaal bedekt onder een dikke sneeuwdeken. En onze auto onder een dikke ijslaag verborgen.

En het bleef sneeuwen. We konden niet weg, moesten in het dorp onze boodschappen halen. We waren ingesneeuwd. Och, eigenlijk wel een leuk avontuur.

Toen was er nog een kruidenier, een slager, een bakker in het dorp. Dus honger hoefde we niet te lijden. Na een paar dagen kende men ons al een beetje. De kruidenier, altijd gekleed in de zelfde dikke trui, maakte al snel een praatje. We roken waar er gebakken werd en hoorden varkens schreeuwen en koeien loeien.

En natuurlijk genoten we van de natuur rond om het dorp. Het was er nog zo puur, zo ongerept. Je kon er heerlijk wandelen, wat we dan ook volop deden.

Als we ’s middags bij het café wat gingen eten, kregen de jongens al meteen een groot glas Malzbier voorgezet en Leo een bier, met mooie schuimkop. We aten schnitzels, bratwurst, sauerkraut en grunkohl en voelden ons er erg op ons gemak.

Zomaar een herinnering aan een leuke vakantie.

Maandag met muziek

Net als voorgaande jaren begin ik de week met muziek. Met melodieën die vrolijk maken, je ontroeren, waarom je soms om moet lachen of die je zo raken, dat je even stil moet gaan zitten. Modern, een beetje klassiek, uit de jaren van mijn jeugd, songs van nu of strepige opnames uit de oude doos. Kortom, van alles wat en hopelijk voor elk wat wils.

Niet meer een van de nieuwste songs, maar ik vind het nog altijd een heerlijk liedje. The Honeycombs met “Have I the right”

Hoe noem je het?

Bron: Instagram / Geographic.designer

Hoe klein Nederland ook moge zijn, wie in Groningen om “krootjes” vraagt bij de supermarkt, krijgt hooguit opgetrokken wenkbrauwen te zien. Bietjes heten de rode knollen in de rest van Nederland.

Maar dat geldt niet alleen voor groenten, ook allerlei voorwerpen zijn bekend onder verschillende namen. Ikzelf vraag om het veger en blik als er iets gemorst is. In zuidelijk Limburg zegt men blik en veger, dat verschilt nog niet zo veel. Motveger en blik is in mijn ogen iets onbekends. Bij een blik en asvarken kan ik me niet veel voorstellen. Vuilblik en veger en schuiver en blik klinken weer wel een beetje bekend. En dat ziet het er ook zo’n beetje hetzelfde uit.

Een metalen blik ken ik nog uit mijn kindertijd, maar nu is dat blik toch echt van plastic gemaakt. De veger van nu is ietsje kleiner dan het grote exemplaar met de harde haren, die ik me herinner. Ik geloof dat mijn moeder wel een wat zachter en kleiner exemplaar had, maar noemde dat dan weer een stoffer.

In het Engels vraag je om een “dustpan”. Of daar een veger bij inbegrepen is weet ik niet. Net zo min als bij de “pelle à poussière” in Frankrijk.

Een heel blog naar aanleiding van een klein glaasje dat kapot viel en de foto op Instagram, die daarna toevallig voorbij kwam.