Rotterdam

Afgelopen maandag begon ik de week met muziek, maar nou niet meteen met een vrolijk nummer. Het lied beschreef het bombardement op Rotterdam op 14 mei 1940. Dat bombardement sloeg het hart uit mijn stad.

Maar in Rotterdam blijft men niet bij de pakken neer zitten. We stropen de mouwen op en gaan aan de slag. En anno 2025 is Rotterdam levendiger dan ooit. Grootser, hogere gebouwen en het heeft inmiddels een plek gevonden tussen de hotspots van de wereld.

Daarom vandaag nog een muziekje, ook over Rotterdam. Een beetje gedateerd, met die strippenkaart. Maar het swingt en maakt je vrolijk. Joke Bruijs en Gerard Cox in “Neem de metro mama”. En dat ga ik vandaag ook doen. Fijne dag!

Als de clip niet start, dit is de link

Pareltje

Dit lied horen we meestal gezongen door Frans Halsema. Maar ook Gerard Cox brengt de tekst van Michel van der Plas prachtig over het voetlicht. De muziek is, ja natuurlijk, van Harry Bannink.

Pareltje

Vandaag een liedje uit het radioprogramma “De Taalstraat. Ik heb u lief, mijn Nederlands”. Helaas zonder bewegend beeld, want dat was gewoon niet voorhanden.
Gerard Cox bezingt de telefoon, de gewone hè, nog niet mobiel 😉
Tekst van Willem Wilmink en muziek, ja natuurlijk, van Harry Bannink.

Nog lang geen 1960

Deze foto, uit het boek “Ziet Zuid” dateert uit 1939. Het is de Charloisse Lagedijk in Rotterdam. Toen nog gewoon een stukje platteland.

Jaren later zal Gerard Cox er over zingen:

Zomeravond, zeven uur
Even na het eten
De zon, een rode bal van vuur
En alle koeien vreten

Niets van het geluk van later was daaraan gelijk
We liepen samen op de Charloisse Lagedijk

O, de schooldag was weer om
Maar het huiswerk wachtte
Samen toch een eindje om
We praten wat en lachten

Niets van het geluk van later was daaraan gelijk
We liepen samen op de Charloisse Lagedijk

We waren zestien, zeventien
En de stad was ver
Heel in de verte bouwden ze pas flats
Maar het was dan ook nog lang nog
O, lang nog geen negentienzestig

Zomeravond, zeven uur
Het hele leven voor ons
Maar dat maakte bang, we vluchten
In ’t geluk vlak bij ons

Niets van het geluk van later was daaraan gelijk
We liepen samen op de Charloisse Lagedijk

Samen op de Charloisse Lagedijk