Dat we minder vlees zouden kunnen eten, is inmiddels wel aan iedereen bekend. Daarvoor werd al eerder de “week zonder vlees” onder de aandacht gebracht.
Bron: Google foto’s
Je hebt natuurlijk helemaal geen vlees nodig om lekker te koken. Maar nu zijn er vleesvervangers onder allerlei namen te koop. Het is gemaakt van plantaardig materiaal, maar lijkt te smaken als vlees en de structuur is ook “vleesachtig”.
Knutselvoer noemt Karin Luiten dat. Ik vind het wel geinig gevonden, maar wat moet ik nou?
Want elke dag zet ik Leo een zelf gekookte maaltijd voor. Soms met vlees, soms vegetarisch. KnutzEls’ voer zou je kunnen zeggen….
Kan ik hem dat nou nog voorzetten? Of moet ik een nieuw pseudoniem zoeken? 😉 😉 😉
Het gebeurt me niet vaak, maar soms wil ik wel eens een klacht indienen bij een bedrijf.
Vroeger stuurde je een brief, maar dat werd allengs lastiger gemaakt want nergens kon je meer een gewoon postadres vinden.
Bellen? Welnee, voortaan gaat alles via het internet. Ja, daar kun je over klagen, maar de nieuwe tijd, net wat u zegt.
Nou had ik vorige week een klacht bij die bekende Grootsuper. Het ging over de prijs van iets, dat volgens de bonusbox 3,04 zou bedragen, maar waar ik uiteindelijk 3,82 voor moest betalen.
Ik wilde een e-mailtje sturen, maar dat lukte niet. De klantenservice was wel te bereiken, maar dan moest ik inloggen. Daarop werd een code naar mijn e-mailadres gestuurd. En daarna ontving ik het verzoek mijn telefoonnummer in te vullen, waarop een SMS-code volgde.
Ben ik erg achterdochtig als ik vermoed dat de trend bij leveranciers is, dat je na zoveel belemmering denkt “Ach, laat ook maar…”
In veel huishoudens is een diepvries te vinden. Handig, om gekochte spullen in te bewaren, als voorraad. Maar ook om te gebruiken als er eens iets overblijft of te veel is klaargemaakt.
Veel recepten zijn gemaakt voor vier personen. En dan wordt het moeilijk om zo’n recept aan te passen voor twee mensen. Ook zijn verpakkingen vaak te groot en blijft er wat over.
Lange tijd verpakte ik een restje in een diepvriesdoos en stapelde ik dat in onze vrieskast. Tegenwoordig gebruik ik van die handige afsluitzakken. Dan worden het platte pakketjes, die gemakkelijk te stapelen zijn.
Maak ik veel in één keer klaar, zoals rijst of (bruine) bonen, dan stop ik twee porties in zo’n zak en stapel de pakketjes op in zo’n zakje dat tegenwoordig bij de groenten ligt. Die zijn groot genoeg.
Briefje erbij wat er in zit en wanneer ik het maakte. Lekker handig.
Op Instagram kwam een lekkere abrikozentaart voorbij.
Uit het commentaar erbij maakte ik op dat het vrij simpel te maken was. En omdat de abrikozen op dit moment goed te verkrijgen en lekker zijn, besloot ik die cake te maken. Het is een “moeulleux”, een zeer zachte en soepel soort cake. Simpel te maken, met eerlijke producten.
Dit is het recept: 2 eieren 115 gram zachte boter 135 gram suiker 115 gram bloem 6 gram bakpoeder (= half zakje) 445 gram abrikozen, zonder pit, ongeschild in vieren gesneden. snufje zout (optioneel)
Meng eieren, boter en suiker goed tot een glad geheel, voeg de bloem en bakpoeder toe en roer de abrikozen er door. Bekleed een vorm met bakpapier (ik gebruikte een vierkante glazen vorm van ca. 25 cm. ) en stort het deegmengsel er in. Strijk enigszins glad en bak ca. 35-40 minuten in het midden van een voorverwarmde oven op 180 graden.
Heerlijk, om in de Franse stijl te blijven: délicieux!!
Al een tijd drinken we voor het eten een glaasje. Vroeger was dat sherry of een wijntje, soms een Suze met een ijsblokje. Alleen een hele tijd ben ik overgegaan op iets alcoholvrij.
Dan maar een glaasje fris. Helaas is me dat dan vaak te zoet en te veel. Dus zocht ik het in Crodino of een flesje Aperitivo, dat alleen bij Lidl te koop is.
Maar die hebben soms speciale aanbiedingen, zoals heerlijk en niet zo zoete zwartebessensiroop. En een paar weken geleden was er een aanbieding van Searoop, een spannende mix van natuurlijke ingrediënten. En ook nog in een flesje van 250 ml. Mocht het niet lekker blijken, dan hoefde ik niet veel weg te mikken.
En laat me dat nou toch een lekker zijn. Fris, anders dan anders en helemaal niet zo zoet. Ook niet zuur, met een aangenaam mondgevoel.
We zochten naar de fabrikant, die in Zeeland is gevestigd en ook onder andere boterbabbelaars maakt.
In deze tijd van snel internet en apps voor van alles en nog wat, zou je denken dat een gemeente als Rotterdam geen moeite heeft met de communicatie. Maar dat kan toch een beetje tegenvallen.
Vorige week zette Leo keurig op tijd, net als alle andere buren, de GFT-bak buiten om geleegd te worden. Dat gebeurt om de andere week en de bak voor het gewone afval wordt de andere week geleegd.
Bron: Google foto’s / Roteb Rotterdam
Tot onze verbazing stonden alle bakken in onze straat er ’s avonds nog steeds, vol. Het kan gebeuren dat de straat was versperd door een auto of ander obstakel. Dus gebruikte Leo de gemeente-app voor een melding. Geen reactie. Nog een keer appen, nog steeds geen reactie.
Toevallig kwam hij er achter dat de betreffende app was vervallen en dat een andere geopend moest worden. Dus zaterdag nog maar weer eens geappt. Dit maal was de reactie “dat het in behandeling was”.
Maar eindelijk, na vele telefoontjes en appjes, ook van buren, kwam er ’s maandags een klein vuilniswagentje. Eigenlijk totaal niet geschikt voor de taak. Maar goed, de bakken werden (provisorisch) geleegd. Weinig oplossend vermogen voor zo’n grote stad… 🙁
Lang geleden, toen ik nog werkte, zat ik met een collega in de metro. Ik vertelde dat ik een bonuskaart had van de AH-super. Zij zei dat ze dat nooit zou willen, zo konden alles van je controleren. Ach, dacht ik. Nou en, ik heb toch niks te verbergen…?
Eigenlijk denk ik dat nog steeds, al weet ik inmiddels beter. Niet dat ik nou zo crimineel bezig ben, maar toch. Waarom moet de supermarkt weten waar ik woon, wat ik haal en hoeveel en wanneer? Tot op zekere hoogte is het handig als ze weten wat er zoals gekocht wordt. Maar moeten ze die gegevens nou echt maanden bewaren? Want ik kwam tot de ontdekking dat al die gegevens wel erg lang bewaard worden.
Maar ja, die bonuskaart heb ik nog steeds en… al lang omgewisseld voor een app op mijn telefoon. Een anonieme bonuskaart kun je nog altijd gebruiken.
Bij Lidl kun je geen kaart, maar wel een app krijgen. Maar bekend bij één bedrijf is wel voldoende voor me. Al loop ik nu de kans dat een product voor mij 2 euro duurder is dan voor een app-gebruiker. Gek eigenlijk, het riekt naar uitsluiting, discriminatie. Maar zo mag je dat natuurlijk niet noemen.
De oude dame, die geen mobieltje heeft, keek vorige week raar op haar neus. Hoe kan ik de korting krijgen, vroeg ze. Dan moet u die app installeren, antwoordde de winkelchef. Die heb ik niet, meneer. Da’s dan jammer, was zijn antwoord.
Boodschappen doen bij Lidl is tegenwoordig een flinke rekenklus. De aanbiedingen gelden van maandag tot woensdag en andere weer op andere dagen van de week. Daarnaast dus de app-aanbiedingen. en ook nog speciale aanbiedingen. Om horrendol van te worden.
En dat is natuurlijk vreemd. Zo jaag je klanten de deur uit. Dat kan toch niet de bedoeling zijn.
We moeten er een beetje voor in de stemming zijn om rigoreus op te ruimen. Maar laatst begon het toch te kriebelen.
Want wat moeten we met al die dozen vol dia’s, die nog op zolder staan? Wat zou er van weg kunnen?
Dus werden een aantal dozen naar beneden gebracht en konden we op ons gemak kijken wat er wel of niet in de kliko kon.
Er waren wat dia’s van de kinderen, opa’s en oma’s en andere familieleden die natuurlijk wel bewaard bleven. De rest ging onverbiddelijk richting vuilnisbak.
En dan realiseer ik me dat de mooiste herinneringen in ons hoofd zitten. De plaatjes waren leuk, maar geen idee meer waar het allemaal was. En wanneer. Dus weg ermee.
Zo, dat ruimt lekker op. Nog even langs de kringloop met die lege opbergdozen. Want daar is misschien nog iemand blij mee te maken.