Old memories

mei-1 Voor Leo’s verjaardag gaf ik hem een bon voor een dagje toeren. Niet zomaar in een auto, maar in een oude VW Kever, de auto die hij had toen we elkaar leerden kennen. En waarmee we vele duizenden kilometers hebben gereden, zoals van Rotterdam tot aan Pylos, op het puntje van de Peleponnesos.

We besloten onze toer in de lente te maken en vorige week was het dus zover.
De ontvangst bij Vintage Road Trips in Amersfoort was prima. De Kever stond al klaar, inclusief picknickmand.

In één dag heen en terug naar Griekenland is iets te veel gevraagd, maar een tochtje door de Flevopolder kan natuurlijk wel.

Dat het regende en heel koud was, vonden we niet zo erg. We zaten comfortabel en droog en konden genieten van het rijden in een auto die bijna 50 jaar oud was. De stoelen waren comfortabel, alle knoppen werkten en al kreeg Leo gespierde armen van het sturen zonder stuurbekrachtiging, we hadden een topdag!

We kunnen zo’n dagje naar Memory Lane echt aanbevelen. En wie liever een oude DeuxChevaux of een vintage Porsche rijdt, die zijn ook te huur.

Reclame

Waar we ook kijken, overal zien we reclame uitingen. Grote posters bij bushokjes, in kranten en tijdschriften grote en kkeine advertenties en langs de weg enorme billboards.

Soms best aardig om te zien, maar ik heb het liefst oude reclameborden en posters. Niet in het echt, maar op een pinterest-bord. Dat neemt in huis geen plaats in, hoef je niet weg te bergen. En je kunt alles zo verzamelen, geen prijs of beveiliging houd je tegen. Soms kom je ook iets opvallends tegen. Reclames die nu helemaal niet meer zouden kunnen, waartegen hele volksstammen in oproer zouden komen. Want kijk nou toch eens even naar deze posters:

 

Valentijn

Deze schattige kaart kreeg Leo toen hij nog maar een klein Leootje was. Hij lag in het ziekenhuis met buikvliesontsteking, dat was in 1951. En het was natuurlijk helemaal niet er gelegenheid van Valentijnsdag, maar gewoon om hem op te vrolijken. Toch is het wel degelijk een originele Valentijnskaart, kijk maar naar de achterkant.

   

Lief hè?  Zo vind je nog eens wat bij het opruimen.

Messenleggers

messenleggers Nee, thuis hadden we ze niet. Maar messenleggers hoorden wel bij de uitzet van mijn zus. Destijds vond ik het een toppunt van “chique”. Later, toen ik mijn eigen spullen ging kopen, vond ik ze vooral overbodig. Ik heb ze dan ook nooit gehad.
Deze set lijkt me ook niet al te vaak uit de doos gehaald. Het was vast een geijkt huwelijkscadeau, waar je jaren later met weemoed naar kijkt.

“Och ja, nog van tante en oom gekregen. Wat lief. Maar ja, wat doen we ermee?” Naar de rommelmarkt dus!

Oude reclame

Al snuffelend op Pinterest kwam ik regelmatig prachtige voorbeelden van posters en oude reclames tegen. Ik hou van die oude platen met een heel eigen sfeer. En ach, dat verzamelen op Pinterest kost wel tijd, maar geen (fysieke) ruimte en dus maakte ik een bord aan. Daarop staan inmiddels meer dan 700 verschillende reclames, in de vorm van posters, omslagen van catalogi en boeken.

Hieronder een kleine greep uit mijn collectie. (klik op de foto voor een grotere afbeelding)

Wie nog meer wil zien klikt hier.

Nostalgie

“Time flies”, reageerde Wieneke laatst. En ja, zo lijkt het wel. Wat gisteren was, is vandaag al lang weer achterhaald. Waar we ons vroeger over verbaasden, is inmiddels hopeloos ouderwets.
Welke jongere kan zich voorstellen dat we vroeger geen telefoon aan huis hadden. Dat je naar de kruidenier op de hoek ging om te bellen. En dat er toen nog geen belbundels bestonden, maar dat je een abonnement had waarvoor je kostbare guldens betaalde. Het was zo duur dat, toen wij telefoon kregen, mijn moeder er meteen een spaarpot naast zette. En er strikt de hand aan hield dat voor elk gesprek binnen de stad een kwartje betaald werd.

Dat kostte het gesprek niet, maar zo spaarde ze en passant het abonnementsgeld bij elkaar. Dat was niet alleen bij ons, maar in vele huisgezinnen heel gewoon. Een gesprek duurde kort en werd beperkt tot het hoognodige. Eindeloos kwebbelen met vriendinnen was er niet bij.

Maar goed, de tijd van het ongebreideld kwekken in je mobieltje lijkt voorbij. Er komen steeds meer mensen die zich er aan ergeren en dan zal het wel binnenkort “not done” zijn.

Automaten

Bij het maken van deze foto heb ik aan mijn schoonvader gedacht, want hij beheerde vroeger een aantal kauwgomballenautomaten. Van die grote bollen, met daarin kleurige kauwgomballen en kleine snuisterijen, zoals bedeltjes. Leo vertelt er wel eens over. Hoe hij hielp de automaten te vullen. De handigheid die hij moest hebben om vooral wat bedeltjes aan de buitenkant te doen, zodat het leek dat je vast wel bij elke stuiver die je spendeerde een bal én een bedeltje zou krijgen.
Lange tijd heeft bij ons op zolder nog zo’n automaat gestaan, als een zoete herinnering aan een voorbije tijd.
Uit de automaten van nu rollen blikjes frisdrank, stukken Mars, Kitkat of andere zoete snacks. En met een stuiver kom je al lang niet ver meer.

Kijk op  Stuureenfoto  voor meer automatenfoto’s en doe een keertje mee!

Herinneringen

We kijken elke maandagavond naar “We zijn er bijna”, waarin een aantal oudere stellen met de caravan op vakantie gaat. Dit jaar gaat de reis naar Griekenland. En daar beginnen onze herinneringen.

Want wij gingen in 1972 in een oude blauwe Volkswagen Kever van Rotterdam naar de Peleponnesos. Vier weken, voor het eerst samen. Nou je kunt begrijpen, dat wij aan die reis veel herinneringen hebben. We kampeerden niet, maar namen op de bonnefooi een hotelletje.

Ook staken wij niet van Italië naar Griekenland over, maar reden we dwars door het toenmalige Joegoslavië. Ik herinner me nog het bord met “Belgrado 778 km. De markt in Skopje, waar ik een levende kip in mijn handen geduwd kreeg. En de Griekse wegen….. Nu zien die er op tv gelikt uit, maar wij vlogen nogal eens met ons hoofd tegen het autodak omdat er enorme kuilen in de weg zaten.

We aten in piepkleine restaurantjes, waar je in de keuken mocht kijken wat er die dag op het menu stond. Vaak niet meer dan bonen, want wij reisden in de vastentijd. Dus er was geen vlees. Maar het smaakte ons prima. Onderweg kochten we kaas en fruit, enorme sinaasappels. We dronken retsina en ouzo. Goeie ouwe tijd….

 

Wereldberoemd

In Tuindorp Vreewijk ontdekten we ook deze muurschildering. Ter herinnering aan Milkbar Aurora, destijds wereldberoemd op Rotterdam-Zuid. Daar kwamen jongens en meisjes bij elkaar, om te praten en milkshakes te drinken. En gehaktballen te eten. Onschuldig vertier, maar o,o, wat waren de ouders van die jongens en meisjes destijds bezorgd om hun kroost. Wat moest er terecht komen van die nozems, met hun lawaaiige brommers en hun vetkuiven?

Wat voor toekomst hadden die meisjes, met hun petticoats, korte rokjes en hun opzwepende dansen? Nou ja, we weten het nu. Ze zijn brave burgers geworden. Opa’s en oma’s, die soms verhalen vertellen over die goeie ouwe tijd 😉 😉 😉

Armoede

Deze week in het nieuws: Kinderen zonder ontbijt op school. Armoede in Nederland. Ik lees het  en meteen moet ik terugdenken aan mijn schooltijd.

Thuis was het geen vetpot. Ik ben van 1948, geboren in een tijd dat er nog maar weinig was en bijna heel Nederland met moeite de eindjes aan elkaar knoopte. In 1955 kreeg mijn vader een hartinfarct. Zes lange weken moest hij thuis op bed liggen. Er was wel ziekengeld, maar waarschijnlijk was dat niet voldoende. Toch heb ik nooit armoede gevoeld. En ik ben zeker nooit zonder eten naar school gestuurd.

Integendeel, eten moest en zou ik. Daar werd je groot van! Ook tussen de middag was er altijd een boterham met kaas of “bussenworst”, een kopje soep of een pannenkoek voor me. En alleen op zaterdag werd er bij ons thuis niet warm gegeten. We hadden niet elke dag vlees en als het er was, waren het zeker geen grote hoeveelheden. Hoe mijn moeder moest sjacheren om rond te komen, bleek maar al te vaak. Dan werd ik met een paar lege melkflessen naar de kruidenier gestuurd. Het statiegeld was dan net voldoende om bij de bakker brood te kopen. Restjes werden niet onverschillig in de vuilnisbak gekieperd, maar opgewarmd. De kapjes van het brood, waar ik nuffig mijn neus voor ophaalde, at mijn moeder op. Korstjes zijn ook brood!

Mijn moeder liep jarenlang in dezelfde rode jas. Dat afdankertje van mijn zus was vele modes achter, maar kon er nog best mee door. Het geld dat ze hiermee bespaarde, werd besteed aan kleren voor mij. Te groot gekocht, zodat ze langer draagbaar waren. Later voorzien van een strookje, want zo ging het nog wel een paar maanden langer mee.

Ik had één grote wens: rolschaatsen. En uiteindelijk kreeg ik die ook. Al moest ik lang wachten, want ze werden gespaard op de bonnetjes van de margarine. En toen ik dacht dat we nu toch wel genoeg bonnetjes geplakt hadden, ontdekte mijn moeder dat je daarvoor ook handdoeken en lakens kon krijgen. “Kind, die hebben we echt nodig, dus die rolschaatsen moeten nog maar even wachten.” Wel smeerde ze de margarine nog maar eens extra dik op mijn boterham, dan spaarden we iets sneller. 🙂 🙂 🙂

Had ik een slechte jeugd? Welnee, ik leerde daardoor dat prioriteiten gesteld moesten worden. Een levensles die later heel wat meer waard was, dan rolschaatsen ooit kunnen kosten.