Herhaling

Elk jaar rond deze tijd maak ik een foto van deze bomen. Ze staan in een rustig hoekje bij een flat en ik zie ze regelmatig, want ik ga daar in de buurt naar de kapper.

Elk jaar weer vertellen de bloesems van deze bomen dat het toch heus weer voorjaar, zomer en nou ja, dat weten jullie wel… De tijd gaat langzaamaan verder en de natuur laat zich geen wetten voorschrijven over hoe en wat. Die gaat rustig zijn gang met uitbotten, bloeien en vrucht dragen.

Het is zo voorspellend, dat je zou denken dat het saai is. Maar dat is het zeker niet. Het vormt een geruststellend gegeven in een nogal warrige wereld. Net als het dag- en nachtritme, het ruisen van de zee in eb en vloed.

Want wat we ook bedenken, wat er ook nog komen gaat, de natuur blijft.

Toeval

In een voortuin in de buurt ontdekte ik een struik met nog kale takken, maar aan het eind van elke tak mooie ronde bloemen. Dus even een foto gemaakt.

Wat voor struik zou het zijn? Ik herkende de bloem niet en nergens rinkelde een belletje. Nou ja, Google zou beslist antwoord geven. Maar ik moest nog even wachten met zoeken, want eerst gingen we voor het eerst sinds lange tijd weer eens naar Diergaarde Blijdorp.

En dan komt het toeval me te hulp, want daar ontdekte ik eenzelfde struik met een keurig bordje erbij. Raadsel dus opgelost en weer wat wijzer geworden.

Deze struik heet in het Nederlands “papierbloem” (Edgeworthia chrysantha) en komt oorspronkelijk uit China of Myamar.

Eigenwijs

Als je Blijdorp in loopt, kun je ze goed zien. De ooievaars, die jaar in jaar uit een nest maken op een spoorweg-overgang.

Ik geloof dat de Nederlandse Spoorwegen er niet blij mee zijn en ze al diverse keren verwijderd hebben. Maar ze komen terug. Net alsof er geen andere plek zou zijn. Het zijn gewoon eigenwijze dieren, die zelf willen beslissen waar ze gaan wonen of niet.

Erg rustig lijkt me het plekje niet, want het treinverkeer is er behoorlijk druk. Maar dat deert ze niet. Ik denk dat ze van reizen en reuring houden 😉

Lente

Volgens meteorologen begint de lente vandaag, op de eerste dag van maart.

Maar op de lagere school leerde ik dat de seizoenen altijd op de 21e ingingen. En nou ben ik al behoorlijk “op leeftijd” en interesseert het me eigenlijk geen zier welke datum er gebruikt wordt.

De lente begint als de natuur er klaar voor is. En dat is soms veel vroeger dan cijfermatig bepaald is. Dus staan er al weken sneeuwklokjes en krokussen in de tuin.

De bakken met bollen stonden nog een beetje verdekt opgesteld omdat ze anders te veel regen zouden vangen. Maar nu begint daar ook van alles te bloeien.

En nou maar afwachten wat er nog verder op gaat komen. Want ik stopte een aantal soorten bij elkaar, maar vergat te noteren wat het allemaal was.

Geen nood, dan kijk ik wel regelmatig en bereid me voor op (aangename) verrassingen 😉

Voedseltuin

Al een paar maanden geleden was ik er langs gelopen en toen we laatst weer naar het Oogziekenhuis moesten kwam ik er weer langs. Midden in een nogal groenarme wijk ligt de Habitattuin. Een tuin bestaande uit een aantal flinke bakken, met daarin allerlei planten die voedsel leveren aan bijen en andere insecten.

Het was niet echt meer tuinseizoen en alles leek daardoor een beetje triest. Maar wanneer de planten weer opkomen en alles gaat groeien en bloeien zal het een heel ander gezicht zijn.

Wat verder zoeken op internet leerde me dat in de bakken ook veel planten staan die als “eetbare apotheek” zouden kunnen dienen. Want allerlei onkruiden die we vaak bestrijden, kunnen ons de nodige vitamines en mineralen leveren. En waarom zouden we daar geen gebruik van leren maken?

Ik vind zoiets altijd heel inspirerend en hoop dan ook dat dit nog verder uitgewerkt en hopelijk uitgebreid gaat worden.

Vlakbij verrijst een nieuwe woontoren, die ook al zo hoog wordt als in Rotterdam op dit moment gebruikelijk is. De bewoners zullen vast wel blij zijn met wat meer groen voor de deur.

Trainen

Het was lekker wandelweer en dus kwamen de Ganzen weer eens bijna allemaal bij elkaar. We liepen richting Rotte en staken de Rottebanbrug over. Daar wandelden we richting het Hoge Bergsebos. Maar op dit moment wordt er in die buurt hard gewerkt aan een nieuwe weg, met een tunnel onder de Rotte door. Daardoor bleek het pad wat we normaal namen nu versperd te zijn.

Ach, flexibel als we op onze ouwe dag nog zijn 😉 namen we dus een ander pad. En dat hebben we geweten, want na alle regen stonden daar overal plassen en niet zulke kleintjes ook. Terugkeren of doorlopen. We kozen het laatste en daardoor moesten we nogal eens door flinke stukken glibberige en zacht sompige modder banjeren. Natte wandelschoenen, vieze sokken, broeken die meteen in de wasmachine zouden moeten. Het werd een heel avontuur, maar met elkaar bleef het toch gezellig en kletsten we heerlijk bij.

Eenmaal weer bij de Rotte gekomen, moesten we nog een heel stuk voordat we weer bij de brug waren en op huis aan konden gaan. Onderweg kwamen we langs een parkeerplaats, waarop een enorme macht aan politie stond. Nieuwsgierig keken we en ontdekten dat er driftig getraind werd.

Bomen beklimmen, iets met lange houden palen en hoe komen we over de sloot. Nou, dat laatste ging vaak goed. Maar diverse agenten haalden toch een nat pak.

En wij liepen sinds lange tijd weer eens een flink stuk. Hadden ook de Ganzen hun training gehad 😉

Er even tussenuit

We hadden het een paar weken geleden reuze naar onze zin in Sibculo. Alleen het weer werkte niet erg mee. Maar dat kan gebeuren. Ach, een paar dagen rustig aan is helemaal niet erg.

Gingen we dan helemaal niet weg? Natuurlijk wel! Maar we vinden er niks an als het miezert en alles klam en nat is. En met een grijze lucht worden die foto’s er ook niet fraaier op. Dus maakten we wel wat kortere wandelingen.

We bezochten ook een paar dorpen in de omgeving, zoals Vilsteren, Ommen en Beerze. Als het even droog was, stapten we uit de auto en liepen wat. Maar te vaak werden we door de regen weer teruggeleid.

Vlak bij Sibculo ligt het natuurgebied De Engbertsdijkvenen. Een gebied met het nog zeldzame hoogveen, plassen en uitgestrekte heidevelden. En daar wandelden we wel een paar keer en kon ik gelukkig toch nog wat foto’s maken.

Maar wie weet gaan we nog een keertje terug…

Opvallend

Deze jonge rups ziet er opvallend en een beetje afschrikwekkend uit. Die grote ogen zijn nep, gewoon een paar doneke vlekken. Maar een vogel zou er van schrikken. Ik denk ik ook 😉

Het is de rups van het Groot Avondrood, een inheemse vlinder in Nederland. Maar wil je dievlinder een keertje spotten, moet je wel ’s nachts op zoek gaan., want het is een nachtvlinder.

En die vlinder is helemaal niet afschrikwekkend, nee eerder eetlustopwekkend.

Je zou er zou een mierzoet snoepje in kunnen zien. Zuurstokroze en een allerliefst beestje.

De natuur is altijd weer verrassend…!

Erg oud

Bij ons laatste bezoek aan het Arboretum Trompenburg liepen we ook nog even de kas in. Dat doen we wel vaker, het is er warm en er staan honderden succulenten in allerlei vormen en maten.

Nu werd onze aandacht getrokken door een opmerking van een andere bezoeker. Bij de uitgang stond een flinke cactus. Maar wat zou er zo bijzonder aan zijn?

Het kaartje bij de plant gaf uitsluitsel. De plant is in wezen niet zo bijzonder, maar haar levensgeschiedenis wel.

In 1926 kreeg Nicole Leemans (toen 8 jaar oud) een cactus cadeau, die ze in een vensterbankkasje zette. Op 10 mei 1944 werd het huis van Nicole gebombardeerd en lag de gewonde cactus op straat. Haar moeder redde de plant en later nam Nicole haar mee naar Blaricum, waar de plant van 1966 tot 2006 stond. De plant werd daarna geschonken aan het Historisch Museum Rotterdam. Dat was geen geschikte plek voor een plant, dus werd een plek gezocht in Arboretum Trompenburg.

En daar staat ze nog altijd. Iets te groot voor de vensterbank. Kijk maar, ik fotografeerde Leo (1,90 meter) ernaast. De plant torent echt boven hem uit.

Het is een wel echte Rotterdamse plant, niet klein te krijgen maar “sterker door strijd”.

Onvoorspelbaar

Het is een oneindig onderwerp van gesprek en je kunt er nauwelijks op rekenen. ???? Ik bedoel natuurlijk het weer.

Tijdens onze vakantie in Twente hoopten we op een beetje mooi weer. Maar wat we voorgeschoteld kregen was grauw, mistig, koud en bij wijlen zelfs onaangenaam.

Maar op de op één na laatste dag stonden we op met zon en een stralend blauwe hemel. Dus besloten we wat vroeger op stap te gaan. Maar nauwelijks waren we op weg of Leo realiseerde zich iets te zijn vergeten. Bij een benzinestation keek hij nog even in zijn rugzak of hij het toch bij zich had. Maar nee…

Hè bah, nou ging net de zon weg. En wat was dat, zag ik dat goed? Ja, het sneeuwde een beetje. Nou ja, natte sneeuw… Leo stapte weer in en reed weg. En ineens zaten we in een hevige sneeuwbui. We reden het dorp in, waar alles al enigszins wit was. Bij een rotonde keerden we en reden terug naar ons huis. Het hield op met sneeuwen en …. kijk nou, stralende zon, helderblauwe lucht. Geen regendrop te bekennen. Op nog geen drie kilometer zoveel weersverandering, het leek een beetje surrealistisch.

Thuis zocht Leo zijn spullen bij elkaar en stopte ze snel in de rugzak. Opnieuw gingen we op weg. En weer doken we de grauwe wolken in. Maar gelukkig, droog bleef het en wandelen konden we dus ook. Al was het echt bitter koud.