De computer weigert dienst. Het is al een oud beestje, maar daarop maak ik toch het liefst mijn blog berichten.
Maar nu kan dat niet. Dit berichtje maakte op m’n telefoon. Dus zonder plaatje.
De komende tijd dus even niks.
De computer weigert dienst. Het is al een oud beestje, maar daarop maak ik toch het liefst mijn blog berichten.
Maar nu kan dat niet. Dit berichtje maakte op m’n telefoon. Dus zonder plaatje.
De komende tijd dus even niks.
Ook Tonny van Verre schreef een heel leuk liedje, dat door Edwin Rutten lekker jazzy gebracht wordt. En de muziek, ja natuurlijk! Die is van Harry Bannink.
Al eerder kreeg ik een puzzel te leen van Lies. Als rasechte verzamelaarster groeit één puzzel kopen bij haar al snel uit tot een hele verzameling. En die puzzels zijn op zich ook weer verzamelingen, van tegeltjes, putdeksels, boekenwinkels of, zoals deze, van naaispulletjes. En gelukkig vind ze het geen probleem een puzzel uit te lenen, waar ik dan weer graag gebruik van maak.
Ik vond deze afbeelding wel een beetje bij mij passen, al moet ik bekennen dat mijn naaidoos er lang niet zo geordend uitziet. Dat is dan weer een puzzel van een andere orde.

Ik begon er op zondagmiddag mee. Het was nog een hele klus om alle bruine houten randjes goed passend en rond te krijgen. Maar daarna schoot het beslist wel op. Lekker zoeken tussen alle kantjes en randjes en op zaterdagavond was ie klaar.
Nog even mag deze puzzel onder de glasplaat van onze tafel liggen. Dan gaat ie uit elkaar en hoop ik de volgende bij Lies te mogen lenen.
Maar dan komt toch de dag dat we naar huis terug gingen. Och, je weet dat het komen gaat en eigenlijk ben ik thuis ook best tevreden.




Maar omdat het nog steeds zulk heerlijk weer was, besloten we toch nog maar even te genieten van de boslucht, de vennen en een heerlijke wandeling. Met heel veel bankjes en dat vindt een krikkemik zoals ik nu een beetje ben heel prettig. Want als het niet kan zoals het moet, dan moet het maar zoals het kan.

Leo zoekt graag allerlei leuke adressen op en als bierliefhebber kon hij natuurlijk niet om de Trappistenbrouwerij “La Trappe” heen. Jammer, vanwege Corona waren rondleidingen niet mogelijk, maar de winkel bood genoeg souvenirs.
We vinden nog een gezellige stek om te lunchen en dan ineens willen we naar huis. Dus zetten we de navigatie weer op de snelweg en reden binnen no time Rotterdam weer in.
En dan reden we alweer naar onze laatste bestemming, in Oisterwijk. Ook dit hotel lag midden in de natuur. Wanneer we ons kamerraam openden konden we de eikeltjes bijna vna de takken plukken en hoorden we de vogels zingen.


Gek genoeg komen we zelden deze kant uit, dus alles was voor ons nieuw. We reden naar het bezoekerscentrum van Natuurmonumenten, waar vanuit leuke wandelingen gemaakt konden worden. En ver hoefde je niet te lopen, want meteen ontdekten we paddenstoelen. En wat voor…! Aardsterren hoorden we van andere wandelaars. Later kwamen we ook nog van die gezellige vliegenzwammen tegen. Mijn dag kon niet meer stuk.
Dat we een beetje verdwaalden, ondanks de goed aangegeven wandelpaden, was iets minder. Maar uiteindelijk kwam alles weer op zijn pootjes terecht. Leo parkeerde mij op een stenen muurtje en ging de auto halen. Daarna reden we weer terug en trakteerden we ons op een kopje koffie, een heerlijk taartje en later ook nog op zo’n onvolprezen Brabants worstenbroodje. Ja, het leven is goed in het Brabantse land 😉



Deze week een echte gouwe ouwe, nog zwart/wit zelfs. Maar die stem, dat charisma is van alle tijden. Frank Sinatra met “Fly me to the moon”.
Zo’n reisje door Nederland maken is heel ontspannend. Vooral omdat we besloten hadden niet meteen via de snelweg (veel te snel) naar onze bestemmingen te rijden, maar eens een keer de binnenweg te kiezen. Op onze navi moeten we dan snelwegen en veerdiensten uitschakelen. En dan wordt een ritje van Amersfoort naar Oisterwijk een bochtig tochtje, want je moet wel over diverse rivieren heen.


Om even de benen te strekken, stopten we in Heusden. Hier waren we ook al jaren geleden geweest. Maar zo’n oud stadje behoudt zijn charme. Ook als het dreigt te gaan regenen. Misschien nog wel meer dan met zonnige dagen?


In de hoofdstraat staan diverse huizen met mooie details. Gevelstenen, een oude gaper, fraai metselwerk. Genoeg om op ons gemak te bekijken. En te zoeken naar een gelegenheid om even te lunchen. Die vonden we bij “Bakkertje Deeg“. Gezellig, nostalgisch en met heerlijke broodjes.


En ja, dan moet je ook even naar de wc. Bakkertje Deeg had wel een heel bijzondere manier om aan te duiden welke voor dames en heren was. Dat viel niet te missen 😉
Ook in Amersfoort lag ons hotel aan de rand van het bos, waarop wij uit onze kamer op keken.

Vanuit Amersfoort reden we de volgende dag naar Spakenburg. En dat is stil op een druilerige zondagmorgen. We waren er al jaren eerder geweest, toen op een zonnige dag. En midden in het toeristenseizoen, dus met een drukte van belang. De stilte van nu gaf alles echt een bijzondere sfeer. Daar konden donkere wolken niks aan af doen.
En in zo’n stadje kijk ik graag bij mensen binnen. Iedereen heeft zo zijn eigen manier om zijn huis in te richten. En vensterbanken geven zo een leuk inkijkje. Bij de een zie je katten in diverse kleuren, de ander heeft een bijbelspreuk neer gezet en weer een ander houdt duidelijk van het maritieme leven.



En dit is toch ook een heerlijke tekst van Karel Eykman, gezongen door Piet Hendriks. En de muziek, ja natuurlijk van Harry Bannink.

Van Drenthe uit reden we naar de Veluwe, naar Hoenderloo. Het hotel was dit keer wat anders van opzet en besloeg diverse locaties. Wij hadden een kamer in een popperig huisje. Met een terras erbij en uitzicht op weer een mooie tuin. We kregen zelfs meteen visite. Die de 1,5 meter goed in de peiling hield en wegsprong toen ik hem van dichterbij wilde begroeten 😉
Vanuit het hotel stapte je meteen het bos in. En daar is altijd wel iets te vinden. Paddenstoelen, torren, hazelwormen, pas gehakte bomen waar de hars een mooi patroon op tekende. En her en der bomen met een rode verfstip. Zouden die binnenkort ook omgehakt worden?




De volgende dag reden we naar de Hooge Veluwe en maakten er een wandelingetje nabij het Sint Hubertus Jachtslot. Jaren geleden was ik daar ook en toen maakte het een verpletterende indruk op me. Nu was dat iets minder.

En ja, zeg nou zelf. Wat eet je op de Veluwe? Een pannenkoek, natuurlijk. En die smaakte ons zo als vanouds.
Daarna reden we naar Gortel, een zo’n kleine vlek op de kaart dat de navigatie er niet naar toe wou. Maar met een ouderwetse wegenkaart kom je er ook. Het is een beschermd dorpsgezicht. Piepklein, maar heel sfeervol en stil.






En dan is het alweer tijd om de koffer in te pakken voor een volgende etappe.