Na het kunstgras is er nu ook, ja echt, een kunst-heg te koop. Altijd groen, altijd even hoog, netjes geknipt, verliest geen bladeren. Een uitkomst voor de luie tuinier. Kan ie toch in de schaduw liggen en hoeft ie zijn stoel niet meer uit te komen.

Ja makkelijk dat wel. Maar of we hier nou op zitten te wachten? Zo’n heg haalt het natuurlijk nooit bij het frisse groen van een levend exemplaar. Okay, hij wordt ook niet kaal. Maar het is toch een leven- en zielloos wangedrocht. Net als kunstgras of een tuin vol met alleen maar tegels.
En denk eens in wat een stof er in zal gaan zitten. Dat levert dan weer nieuwe problemen op, daar kun je op wachten. Of nee, dan zetten ze er natuurlijk een flinke spuit kostbaar drinkwater op.
En als ze hem zat zijn…? Dan mieteren ze hem in de kliko. Och och, wat een verarming voor de natuur.
Geef mij maar zo’n leuke groene groeiende heg. Liguster, haagbeuk, meidoorn of hulst, maakt me niet uit.
Als het maar leeft!

De natuur heeft zo haar eigen grillen. Bij het veranderen van onze voortuin, jaren geleden, plantte ik deze roos aan beide zijden van de ingang. Een roos zonder doornen, dat is wat prettiger voor de komende en gaande bezoeker. Aan één kant was het huilen met de pet, want er kwam wel blad, maar nauwelijks bloemen. En toen was de roos helemaal weg. Aan de andere kant, op nauwelijks 1 meter afstand, deed de klimroos het wel, maar echt veel bloemen kwamen er niet aan. Nou zou dat natuurlijk kunnen liggen aan mijn verzorging, verkeerd snoeien misschien. Maar dat snoeien gebeurt altijd door de tuinman, dus daar zou het niet aan mogen liggen.
aal neer gezet voor de bijen. Gelukkig maar, want van al die egaal biljartgroene weides hoeven de bijen het niet te hebben. Daar bloeit geen bloem, helaas.
Als ik de tuin in kijk, zie ik de blauwe regen bijna groeien. Dikke trossen bloemen hangen over de pergola. En niet alleen dat groeit tegen de klippen op, ook de wilde wingerd en de druif bij de buren zie je elke dag verder kruipen. Dit vind ik toch zo’n mooi seizoen. Eerst een nog wat kale tuin, met plotseling wat groene punten en dan… een explosie van kleuren. Ik ben niet zo’n nette tuinierster. Er staat nog wel eens wat onkruid dat ik met rust laat. Plotseling opgekomen planten laat ik even betijen en vaak mogen ze dan gewoon blijven waar ze zijn ontsproten. De natuur geeft soms verrassende combinaties en ik maak daar graag gebruik van.
Het weer kan me op sommige dagen behoorlijk parten spelen. Ik wordt een beetje chagrijnig van al dat grijs en grauw. Van de week was het niet alleen nat, maar ook nog mistig. Bah! Maar toen kwam ik terug van het boodschappen doen en zag ineens dat er tientallen sneeuwklokjes in de voortuin staan te bloeien. Alsof ze zeggen willen “de lente komt er heus wel aan hoor!” En ook de bomen krijgen al wat grotere knoppen. Dus niet somberen, maar fris en vrolijk voorwaarts, op naar het voorjaar!
Dit is het begin van een -hopelijk- uitbundige oogst aardbeien. We kijken ze zowat de grond uit! Maar natuur laat zich niet dwingen, dus zullen we geduld moeten hebben.
Niet altijd is er inspiratie voor een blog. Maar dan zijn er gelukkig nog altijd mijn foto’s die me op ideeën brengen. Vandaag is zo’n dag, een blog over bijna niets.
De natuur is wonderschoon. Alles wat groeit en bloeit kan me blijven verbazen. Kijk nou naar deze waterlelie, die zich deze week in onze vijver ontvouwde.