Dit chanson bestaat uit allerlei fragmenten, die bij een ieder thuis zijn opgenomen. De tekst is aangepast, de muziek is van Georges Brassens. Er staat een Engelse vertaling onder, maar we begrijpen het ook wel zonder de tekst te begrijpen. Tederheid hebben we nodig, de aanraking om je te bemoedigen, te belonen, om zo maar even te laten weten dat er om je gegeven wordt. In de tussentijd moeten we het hebben van dit soort gebaren, opgenomen en met liefde doorgegeven.
Category Archives: Zoeken en vinden op internet
Pareltje
Maar gelukkig is dit nummer weer opnieuw voor het voetlicht gebracht. Jenny Arean zingt “De ouwe kat” uit de musical “Madam”. Tekst van Annie M.G. Schmidt en -natuurlijk- met muziek van Harry Bannink.
Muzikale Maandag
Pareltje
Dit nummer kennen we vast nog wel, want het wordt nog wel eens gedraaid. En in deze gekke tijd, waarin thuis blijven het hoofdmotto is, willen we misschien allemaal wel heel even “Aan de trapeze” uit Ja Zuster, Nee Zuster.
Sluit je ogen, klim in de touwen… ga helpen sjouwen….
Arrangement / orkestratie: Ferdinand Boland
Tekst: Annie M.G. Schmidt
Terugkijken
Nu we zo veel minder te doen hebben, teruggeworpen op onszelf, denk ik vaak terug. Aan de verhalen van mijn moeder, uit haar jeugd en hoe het toen was. Nu heb ik spijt dat ik niet veel meer gevraagd heb, want ik weet slechts wat vage herinneringen.
Mijn moeder kwam uit een groot gezin, acht kinderen. De meeste heb ik niet gekend, zij waren al overleden voor ik geboren werd. Van sommigen had ik zelfs nooit gehoord. Dat waren de kinderen die slechts enkele maanden oud waren geworden. Over hun bestaan las ik in het Gemeentearchief van Rotterdam.

Mijn oma stierf in 1919, kort na de 11e verjaardag van mijn moeder. Of mijn moeder de Spaanse griep toen al had gehad of later kreeg, weet ik niet. Haar verhalen daarover waren vaag en kort: het was heftig, ze had het zo benauwd gehad dat ze uit het raam hing om lucht te krijgen.
Wel kan ik nu reconstrueren dat van dat gezin er nog vijf andere kinderen en mijn opa die griep hebben overleefd. En dat in een klein huisje, waar meerdere kinderen op een klein kamertje lagen. Waar geen badkamer was, misschien zelfs geen wc. Waar armoe heerste, zeker na het overlijden van mijn oma. Opa was schoenmaker en verdiende ook nog wat bij als kelner in een groot Rotterdams café. Soms speelden mijn moeder en haar zusje daar onder het biljart, want een oppas was er niet.
Opa ging met zijn gezin in de kost, wat toen der tijd gebruikelijk was. De verhalen die moeder en tante er over vertelden, logen er niet om. Gierige hospita’s, weinig te eten, geen privacy. En al gauw moest moeder gaan werken. Niks verder leren, maar lange dagen trappen en stoepen boenen voor een habbekrats en een schrale boterham.
Wat heb ik hieruit geleerd? Dat wij, in deze moeilijke, maar toch nog luxe tijd, niks te klagen hebben. Dat we voldoende kunnen eten, de gezondheidszorg nu zo vele malen beter is. Ook al hebben velen er wat op aan te merken. Dat klagen niks helpt, maar dat je beter je schouders er onder kunt zetten. Tevreden blijven en de tering naar de nering zetten.
Maar betere tijden komen er beslist. Misschien duurt het langer dan we willen of denken, hopen. Maar hoe dan ook, ook deze tijd gaat eens voorbij.
Pareltje
En in deze rare tijd kunnen we niet genoeg schoonheid tot ons nemen. Daarom voorlopig op vrijdag een muzikaal pareltje. Voor vandaag koos ik een prachtig gedicht van Rutger Kopland, met ja natuurlijk, muziek van Harry Bannink.
Muziek op maandag
En natuurlijk mag ik Beethoven in dit Beethovenjaar niet vergeten. En nu een keer een virtuoze jonge gitarist, die de 5e symfonie op onvergetelijke wijze vertolkt.
Muziek op maandag
Een beetje melancholiek, deze Marga Mendes met Oliveira. Een prachtig optreden.
Muziek op maandag
Terug in de tijd van Flowerpower en vrije vogels. Of zat het nou toch anders: Jasperina de Jong met Meisje uit de provincie.
Al voor de derde keer…!
Vorige week gingen we voor de derde keer naar een voorstelling van de “Grote Harry Bannink Podcastshow“. Wie denkt dat het nu wel genoeg zou zijn, vergist zich deerlijk. Want de muziek van Harry Bannink verveelt nooit. Je moet ook wel een hele lange adem hebben om alle liedjes, meer dan 3000 stuks, allemaal af te luisteren.
De cast was hetzelfde als de eerste keer, Frank Groothof die zong bij de piano van Dick van der Stoep en alles aan elkaar gepraat door Gijs Groenteman. De voorstelling was totaal anders en toch ook hetzelfde. Geen bekende meezingers uit de Ja Zuster, Nee Zuster-periode, maar mooie teksten van Willem Wilmink, Hans Dorrestijn, Rob Crispijn en anderen van het Schrijverscollectief.
In het knusse theater van de Kantine Walhalla kwam alles met veel verve over het voetlicht. En al kijkend bedacht ik me hoe jammer het is, dat al die liedjes zo’n verborgen bestaan leiden. Wie op Spotify zoekt, krijgt bijna alleen nummers uit die Annie M.G. Schmidt periode. Die zijn beslist niet te versmaden, maar de teksten van Het Schrijverscollectief zijn absoluut pure poëzie. Het zijn stuk voor stuk pareltjes, waaraan de muziek van Harry Bannink nog meer glans en diepgang geeft.
Ik vroeg na afloop aan Gijs Groenteman of er nog CD’s met deze mooie nummers zullen worden uitgebracht. Misschien op de lange duur, maar op dit moment zit het er nog niet in. Ik hoop van harte dat zoiets wel van de grond gaat komen. Want het zou jammer zijn als dit stuk Nederlandse cultuur in de grote vergetelheid ten onder zou gaan.
