Huishouden

Schreef ik vorige week nog over mijn tegenzin in het huishouden, betrap ik mezelf er een paar dagen geleden op dat ik zingend de keuken stond schoon te maken.
Nou ja, niet alles uitgebreid gesopt en gedaan.
Maar ik had gebakken en dat geeft nogal wat rommel. Brood en taarten bakken vind ik heerlijk, vooral het stadium van deeg maken.
 
  Hoe uit zo’n hoop meel, kwark, gist, boter en eieren dan een mooi deeg ontstaat, dat klein begint maar rijst tot bijna het dubbele.

En dan de geur als het in de oven staat.
Een heleboel voorpret dus, maar ook veel op te ruimen en schoon te maken. En dat, dát doe ik dan weer wel met plezier. Gek he?
Psychologen zullen er wel een verklaring voor hebben.

 

Huishouden

Huishoudelijk werk….. ik loop er niet warm voor. In de ruim 40 jaar dat ik ons huishouden run, kan ik me telkens weer verbazen waar al het stof, vuil en viezigheid vandaan komen. We zijn schoon op onszelf, ruimen regelmatig op…. Toch ligt er telkens weer een lading (zichtbare) stof op de trap, moet de badkamer een beurt of kan ik toch echt niet om een rondje stofzuigen heen.

Vroeger had ik dan ook nog de indruk dat ik het deed voor de kat z’n viool. Nu helpt Leo veel meer mee en die ziet nu ook wel in dat er nodig weer eens iets moet gebeuren. En ook laat merken dat het er na ons geploeter weer spic en span uitziet.
Is het dan leedvermaak dat ik me verheug om te lezen over andere vrouwen, die duidelijk ook moeite hebben om het huishouden op rolletjes te laten lopen?

Ik lees met plezier de stukjes van Sylvia, Wieke en Aaf die zonder blikken of blozen schrijven over vaat op het aanrecht, onopgemaakte bedden, stapels ongestreken was of zoekgeraakte spullen. En die geen problemen maken als er eens een stofvlok dwarrelt, maar rustig verder lezen of er op uit trekken. Geen voorbeeldige huisvrouwen voor de preciezen onder ons, maar een sloddervos als ik spiegelt zich met plezier aan zo’n gezellig type 😉

Wassen

Huishoudelijke werkzaamheden staan meestal niet zo in de belangstelling. Toch maken ze deel uit van het dagelijks leven. Maar wat bewaard bleef uit de oudheid waren toch meestal grote werken. Niet zoiets onbelangrijks als een wasserij. Ik was dan ook heel verbaasd om deze wasplaats uit de Romeinse tijd te zien, vlakbij ons hotel in Ascoli Piceno.
Er stroomde nog water en duidelijk kon je de wasbekkens herkennen en de wasborden. Een kleinere wasplaats bevond zich zelfs in ons hotel, dat gebouwd was op de restanten van een 13e eeuws klooster.
Het mag duidelijk zijn dat ik mijn was gewoon in de waszak mee naar huis heb genomen om het bij thuiskomst in de machine te stoppen 😉

Zeep

Zeep zie je tegenwoordig niet meer zo vaak. het is badschuim, doucheschuim of vloeibare zeep wat de klok slaat.
Maar vroeger was dat er niet en werd dit stuk zeep gebruikt voor van alles, de handwas, om vuile plekken mee in te wrijven en ook gewoon als zeep om je handen te wassen of voor je gezicht.
Mijn tante was niet vna haar stuk te brengen, Sunlight zeep moest het zijn. Anders voelde ze zich niet schoon. En verder niks, geen crème, geen lotion, geen foundation. Ze werd 94, was bijna rimpelloos en had een huidje van satijn.
Voor mij brengt het de herinnering aan wasdag, zo’n bedompte lucht van drogend wasgoed en een grote ketel op het gasstel. Ik heb nog zo’n stuk thuis, netjes verpakt in plastic, zodat het goed blijft. Maar gebruiken doe ik het niet meer.

Kolenboer

Op een verjaardag ging het gesprek laatst over de kolenboer. En hoe dat vroeger ging. Bij ons thuis moesten de kolen los gestort worden in het kolenhok, op de zolder, op de 3e verdieping.Het betekende dat mijn moeder allereerst een afspraak met de buurvrouw maakte, want de loper moest van de trap gehaald worden. De kolenboer bracht de kolen in grote zakken, die hij op zijn schouder droeg. Drie trappen naar boven, zak na zak.

bron: http://www.rotterdam010.nl/407-Herinneringen/Kolenboer-00.html

Dat gaf natuurlijk een heleboel stof. Dus als alles bezorgd was, de kolenboer koffie en zijn geld gehad had, begon het werk voor mijn moeder. Alle trappen dweilen, het blanke hout in de was zetten, de lopers uitkloppen, weer op de trap leggen. De koperen roetjes had ze dan al gepoetst, zodat de trap er voor de komende tijd weer netjes bij lag.
Al pratend realiseerde ik me dat wij het tegenwoordig toch een stuk gemakkelijker hebben. Ik zet gewoon de thermostaat wat hoger als ik het koud heb. Gelukkig was in die tijd nog geen internet met blogs, pinterest, facebook of hyves. Want daar zou mijn moeder dan toch ook helemaal geen tijd voor hebben gehad! 😉  😉

Spreuk van de week

  Laten we de week beginnen met een spreuk. Grappige gezegden om te (glim)lachen of wijze woorden om te overdenken. Elke maandag vind je er hier een. Ook deze week dus weer:

Huishoudelijk werk is wat een huisvrouw doet, maar niet wordt opgemerkt totdat ze het niet meer doet.
Evan Esar
😉

 


Wet van Murphy

Herkennen jullie dit? Dat alle grote en kleine pech tegelijkertijd komt? Vrijdagochtend, manlief heeft met een vriend afgesproken om een dagje weg te gaan. Bij het tandenpoetsen breekt hij een stifttand, die verdwijnt door de afvoer. Snel de sifon eraf, maar helaas, tand niet meer te vinden. Sifon er weer opgedraaid, maar scheef, dus lekt ie. Leo naar het station gebracht, boodschappen gedaan. Thuis zelf geprobeerd sifon er op te draaien, maar het bleef lekken. Zo’n ding zit op een nogal ongemakkelijke plaats, dus lag ik op mijn knietjes te wurmen. Toen ik wilde opstaan zat ik zowat klem tussen wastafelkastje en douchecabine, zodat ik ietwat moeite had met omhoogkomen. Slappe lach, zodat ik helemaal niet meer op mijn benen kwam. Uiteindelijk toch gelukt, loodgieter gebeld en afspraak voor dinsdag gemaakt. Kwam wel niet zo goed uit, maar toch maar oké. Gelukkig was de telefoniste heel klantvriendelijk en wist zij later toch nog een loodgieter te strikken, die de wastafel diezelfde dag nog in orde maakt.
‘s-Avonds belt  Leo en vraagt of ik hem kan ophalen. Sta keurig op tijd bij het station, maar geen echtgenoot. Die was in slaap gevallen en belde even later schuldbewust dat hij al twee stations verder was. Ach, kan gebeuren, dus nog maar even wachten en het intussen alsmaar kouder krijgen. Hè ja, gelukkig daar is tie dan toch.
En alsof dat nog niet genoeg is, blijkt op zaterdagochtend dat het aanrechtkastje drijfnat is. Nu is het de keukenkraan die lekt…… Maar met wat improvisatie lukt het om daar een mouw aan te passen.

Zoveel onvoorziens, en dat allemaal met in het vooruitzicht een week waarin heel veel gedaan moet worden, wat niet uitgesteld kan. Willen jullie voor me duimen dat dit voorlopig de laatste pech was?

Maandag wasdag?

Wassen. Het lijkt wel of het nooit ophoudt. Zo is de wasmand leeg, zo stapelt het vuile goed zich weer op.
En dan moet er gewassen worden… Dat wil zeggen, we stoppen alle vuile spullen in de wasmachine, gieten er wasmiddel en misschien nog wasverzachter bij, draaien aan wat knoppen en kunnen dan vrolijk iets anders gaan doen. Na een paar uurtjes is de was klaar om te worden opgehangen of kan ze in de droger worden gestopt. Pffft, moet je daar nou zo veel bombarie over maken?

Nee, dan onze moeders en grootmoeders. Die hadden het niet zo gemakkelijk. Kijk maar eens wat er in die goeie ouwe tijd allemaal gedaan moest worden, voordat de lakens aan de lijn hingen. En dat was dan alleen nog maar de witte was…..

Wasvoorschriften-klein

wasvoorschriften

Klik op de afbeelding om het leesbaar te maken.