Nationale bloem

De Fransen hebben de lelie, Schotten hebben een distel en Ierland heeft een witte klaver met drie blaadjes als nationaal bloemensymbool. De Korenbloem is het voor Duitsland en de Klaproos voor België.

En wij…? Wij denken dat de tulp bij ons hoort, maar die is wat we nu een “exoot” zouden kunnen noemen. Geïmporteerd uit Turkije en dus niks nationaals.

Maar welke bloem dan wel? Dat mogen we nu zelf kiezen. Want wie kijkt op de site van Nationalebloem, kan nog tot vrijdag 2 juni 2023 stemmen op de soort van zijn of haar keuze. Wordt het Fluitenkruid, Wilde kievitsbloem, Madeliefje, Paardebloem of Pinksterbloem?

Allemaal hebben ze zo hun eigen karakter, kleur en groei- en bloeiwijze. Het wordt dus best moeilijk om te kiezen. Niet dat die bloemen zich er ook maar iets van aantrekken. Welke voorkeur we ook mogen hebben, ze groeien en bloeien gewoon elk op hun eigen tijd, eigen tempo. En waar ze maar willen.

En hopelijk blijven ze dat nog vele jaren in de toekomst doen. Ik heb mijn keuze al gemaakt, doen jullie het ook?

Straatnamen

Het plan om alle straatnamen van mijn wijk onder de loep te nemen is niet helemaal uit de verf gekomen. Deels komt dat doordat ik weer verse en andere onderwerpen als inspiratie kreeg. Voor een deel ligt het eraan dat er niet zoveel bekend is over sommige planten of bomen. En om nou iedere keer Wikipedia te kopiëren lijkt me ook niet zo geslaagd.

Bron: Facebook
Bron: Bolster biozaden

Maar vorige week zag ik een foto van deze bloem. Zij was op diverse plaatsen gesignaleerd en mensen vroegen zich af wat voor plant het was. Het bleek te gaan om de Inkarnaatklaver (Trifolium incarnatum).

Inkarnaatklaver is een leuke bijen- en vlinderplant die uiterst geschikt is voor natuurlijke tuinen. De donkerrode bloempluimen van deze behaarde klaver worden ongeveer 4 cm lang. Het zaad is onder andere te koop bij Bolster Biozaden. Dit bedrijf verschafte me via internet ook de info.

Het is een natuurlijke groenbemester en trekt veel bijen en andere insecten aan.

Ik heb geen idee of Inkarnaatklaver ook te vinden is in de tuinen van de straat met deze naam hier in de wijk. Zou overigens wel erg leuk zijn.

Bomen

In Rotterdam staan heel veel bomen. Die met elkaar de lucht zuiveren, schaduw brengen en grijze straten een beetje levendiger maken. Helaas, niet allemaal staan ze er even florissant bij. Voor de afdeling Groenbeheer is het een flinke klus om alles netjes en gezond te houden.

Soms is een boom ziek of verzwakt en moet ie gekapt, omdat er ongelukken zouden kunnen gebeuren als hij omvalt. En al is niet iedereen het daar dan mee eens, het is onvermijdelijk. Je wilt toch graag weten waarom zo’n grote boom moet worden omgehakt en of er dan ook weer een voor in de plaats komt.

Tegenwoordig krijgt zo’n boom een bordje met een QR-code. Kwestie van even scannen met je telefoontje en je weet wat er mee gebeuren gaat. Zoals deze boom, een paardenkastanje.

Volgens de code is hij ziek. Hij ziet er ook een beetje kwakkelend uit. Wat er precies aan de hand is, weet ik niet. Wel dat hij waarschijnlijk vervangen wordt door een witte moerbei.

Even verderop staan nog meer bomen met een code. Ook die moet omgehakt worden en later zal er een andere boom voor in de plaats komen.

Het blijft jammer dat die bomen verdwijnen, maar met een beetje geluk staan er binnenkort weer andere exemplaren met groeipotentie.

De eerste

Ik kon ze niet laten liggen in de super. Ze geurden ons tegemoet.

En ja, dan vragen ze erom om in mijn mandje te belanden.

Voor het eerst dit jaar een toetje met Nederlandse aardbeien, puur met alleen een beetje poedersuiker. Daar kan geen sterrendessert tegen op.

Misschien dat ze uit eigen tuin eerder en nog lekkerder zouden zijn geweest, maar helaas dat zit er ook dit jaar niet in.

En nu maar hopen dat de Hollandse zon nog maanden z’n best blijft doen zodat we heel veel aardbeien kunnen eten deze zomer. En dat de super ze op de schappen weet te krijgen.

Zou toch zonde zijn om dit lekkere fruit te laten verpieteren.

Mieren

Niet alleen Romke van der Kaa schreef laatst iets over mieren. Ook op andere sites en op Facebook en Instagram zag ik hierover gepost.

Mieren zijn nuttige dieren, met een zeer gestructureerde maatschappij. Ze ruimen insecten en organisch afval op. Maar willen we ze in huis? Nee, liever niet. Want ze kruipen overal in. En een stukje cake met mieren of een suikerpot zwart van die kruipertjes vinden we maar niks. Maar buiten, in de tuin, hebben we er toch relatief weinig last van.

Een paar jaar geleden marcheerde een colonne mieren ook door ons huis. En omdat we geen gif gebruiken wilden, probeerden we een alternatief bestrijdingsmiddel. Kaneel scheen een prima mieren verjager te zijn. Maar overal in huis strepen bruin poeder was het toch ook niet 😉 😉

Bron: Google foto’s

Leo bracht toen een paar stukken kaneelzeep mee en die legde ik in de keuken en op andere strategische plekken.

En ja, dat hielp! Of de mieren nou die geur l niet lekker vinden of er door van de wijs gebracht worden…?

In ieder geval hebben we ze al jaren lang niet meer gezien.

Ja, wel in de tuin, maar daar mogen ze wat ons aangaat gewoon hun gang gaan.

Knalgeel

Ergens in de grote brij van FB-berichten kwam ik iets tegen over paardenbloemen. Niet geliefd in de tuin, want onkruid. Maar nuttig, want ze brengen door hun lange wortels lucht in de bodem en verbeteren die bodem met mineralen zoals calcium.

En hun kleur, daar ontkom je niet aan. Als er nog niet veel bloeit, dan zie je de paardenbloem al alom. Hele bermen staan vol te schitteren in de zon of vrolijken een sombere dag op met hun geel.

Ook insecten weten de bloemen te vinden en zoeken er stuifmeel en honing, dat in ruime mate voorhanden is. In Engeland wordt nog vaak wijn van paardenbloemen gemaakt (Dandelion wine), maar ook de bladeren kunnen door mensen gegeten worden.

Dat onkruid is dus helemaal niet zo onnuttig. Het zou dan ook helemaal niet zo gek zijn om die paardenbloemen nog even in de tuin te laten staan. Maar niet te lang, want hun pluisjes verwaaien snel en dan zit straks de hele buurt met paardenbloemen. 😉 😉 😉

Mooi

Tijdens ons bezoek aan Trompenburg Arboretum zag ik deze mooie kelken langs het water staan.

Een opmerkelijk gezicht, met dat frisse en uitbundige geel en maar heel weinig ook fris groen blad. Het is de Moerasaronskelk (Lychiton americanus).

Die naam moest ik natuurlijk opzoeken en toen kwam ik tot de ontdekking dat deze plant niet meer in Nederland verkocht mag worden.

Het is een invasieve soort en zou dus andere inheemse planten kunnen overwoekeren. Dat is natuurlijk niet de bedoeling. Ik vind het jammer, maar wel begrijpelijk.

Hij zou beslist heel mooi staan in onze tuin, maar dat past natuurlijk helemaal niet in ons mini vijvertje.

Gelukkig is er dus nog de mogelijkheid om die mooie plant in “gevangenschap” te bewonderen, in Rotterdam dus en ook in Appeltern.

Daar zullen de tuinlieden hem wel in toom weten te houden.

Badgast

Er komen vaker vogels badderen in ons vijvertje. Die zijn echter een stuk kleiner.

Maar de laatste weken komt deze grote dikke duif regelmatig van ons water gebruik maken.

Er vliegt wel eens een andere duif op de pergola, maar die wil niks van hem weten. En dan gaat hij maar weer eens een keertje in bad…

Hij is dik en een beetje sloom. Kijkt regelmatig wat in het rond, maar van verdere activiteit weten we niet.

Misschien wacht hij op zijn vrouwtje en willen ze straks, net als andere jaren, een nest maken op ons bovenlichtraam.

Maar dat willen wij niet, dus wordt het weer tijd om iets te verzinnen waardoor ze dat raam met rust laten.

Het is wel niet mogelijk om er een nest te maken, want ze glijden er telkens af. Om nog maar te zwijgen van de takken en takjes die er ook meteen af vallen.

Maar het maakt zo’n rommel en een heleboel lawaai. Vogels in de tuin zijn fijn, maar die duiven mogen wel een paar straten verder gaan.

Zadenbibliotheek

In de bibliotheek van Leeuwarden zag ik dit kastje staan. Niet alleen leuk, maar ook nuttig. Want in die vele laatjes kon je zaden doneren.

Ik dacht dat zoiets uitsluitend in Leeuwarden was, maar op internet (waar anders?) vond ik nog veel meer zaden bibliotheken.

Ik citeer maar even wat ik vond:

Wat is een zadenbibliotheek?

Dit is een plek waar je zaden kosteloos kunt lenen en ruilen. Er zijn in Nederland nu bijna 70 locaties! Elke locatie heeft een eigen collectie zaden van: groenten, kruiden en bloemen. De zadencollectie is op elke locatie anders. Welek zaden er zijn, hangt af van de zaden die er weer worden ingeleverd, gekregen of geruild.
Het kunnen zaden zijn van bedrijven die ze verzamelen, zoals de Perma-tuin van Roeach in Joure, van leners die zaden terug brengen of zaden die tuiniers inbrengen van hun tuinen. Ook zijn er soms restanten van overgebleven biologische zaden van zaderijen

Zo werkt het: Als je zaden leent, zaai je ze in je tuin. Van de planten die opkomen, laat je de mooiste plant bloeien én zaad maken. Let op: soms gaat een plant pas in het 2e jaar bloeien! Die informatie vind je op de pagina zaden vermeld.

Zaden zitten in de zaaddoos van de bloem of in de vrucht van bijvoorbeeld een pompoen. Dit zaad verzamel je en laat je drogen. Na het drogen breng je een deel van deze zaden terug naar de zadenbieb. Je zaden worden toegevoegd aan de collectie en weer uitgeleend aan andere tuiniers.”

Nu iedereen weer aan het zaaien en planten is de tuin, lijkt het me een goed moment om dit te promoten. Misschien is er ook wel zo’n zadenbibliotheek bij jou in de buurt.

Brugs kant

Copyright: Adri de Groot/www.vogeldagboek.nl

Al enige tijd volg ik het blog De vogeldagboeken van Adri de Groot. Hij maakt prachtige foto’s van vogels, insecten en planten. Ik kijk er met heel veel plezier naar en en leer er ook van.

Want vaak maakt hij foto’s niet ver van waar wij wonen. We hoeven dus niet eens zo ver weg te gaan om te genieten van zoveel moois.

Laatst was Adri in de Nieuwe Driemanspolder, ten noorden van Zoetermeer. En daar maakte hij deze foto, die ik voor mijn blog verkleinde. Klik hier om de originele foto te bekijken.

Een patrijshaan, in al zijn glorie gekleed voor een date met een willige patrijshen.

De natuur heeft zijn bruidegomsjas al klaar gemaakt. Kijk maar eens naar dat prachtige verenkleed, bruin met een kanten rand.

Voor mij is dit van een ontroerende schoonheid. Terecht vergelijkt Adri de Groot het verenkleed met Brugs kant. Zo mooi wordt het bijna niet meer gemaakt.