Toen en nu

Ik kwam toevallig in de Van Brakelstraat, waar lange tijd mijn tante en oom woonden. Vaak geweest als kind, aan de hand van mijn moeder. Toen ik in de buurt werkte, ging even gauw in mijn lunchpauze op bezoek. Later kwamen we op bezoek met onze kinderen en damden ze met oom, die ze stoere verhalen vertelde uit zijn tijd als sleepbootkapitein. Wat later bakte hij dan gauw suikervlinders voor ze en was er altijd nog wel een cafetariahapje in zijn “kombuis” voor Leo en mij.

Er is veel veranderd. Huizen zijn gesloopt, winkels verdwenen. De kroeg waar Noorse zeelieden met elkaar overhoop lagen, is al lang gesloten. Geen Spaans restaurantje meer. Het is nu een rustig ogende straat.

Aan één kant zijn oude woningen gesloopt en nieuwe huizen gekomen. De kant waar tante woonde wordt nu helemaal gestript en gerenoveerd. Ik zag nog wat oude tegelwanden, maar de grote trap was al weg. Tja, zo gaat dat. Tijden veranderen.

Maar ik kon het niet laten een oude foto op te zoeken in het Stadsarchief en een nieuwe van af (bijna) dezelfde plek te maken. Geen fraaie foto, want ik stond wel een beetje in de weg. 😉

Vol verwachting

Hoe leuk ik een moestuin ook vind, het is helemaal niks voor mij. Ik ben het type “makkelijke tuinierster”. Dus groeit er hier en daar nog wel eens iets wilds buiten de paden. En dat kan natuurlijk niet bij nette rijtjes bonen, sla of bloemkool.

Maar zo nu en dan lukt het me wel om iets van groente te laten opgroeien. Dus zaaide ik eind mei courgette in grote potten. In elke pot kwamen drie zaadjes, die allemaal opkwamen. Dat is te veel, dus verwijderde ik er een aantal en nu staan er hier drie courgetteplanten te groeien. Het zijn nu nog maar inie-mini’s, maar het groeit als eh… courgette.

Als de voortekenen niet bedriegen, wordt het deze zomer courgettesoep, courgette met rijst, met pasta, in blokjes, in plakjes, gegrild of gekookt.

En nou ben ik een beetje ongeduldig, want ik wil wel eens weten hoe of dat smaakt. Maar courgette zullen we vaak eten, reken maar!

Toch maar niet…

Toen ik deze plant zag, dacht ik “wat leuk, dat lijken allemaal hartjes”. Maar toen keek ik nog eens goed, en zag ik de venijnige stekels. Dus toch maar niet cadeau doen met Valentijnsdag.

Ik had natuurlijk meteen moeten weten dat het een cactus was, want de plant (nou ja, bijna een boom) staat in de cactus-kas van het Trompenburg Arboretum.

Alle planten die daar staan zijn cactussen of succulenten. Ik vind ze niet allemaal even mooi, wel vaak heel intrigerend. Maar de meesten ogen niet echt vriendelijk.

Ze worden al vele jaren zeer goed verzorgd, dat is wel duidelijk.

En zo zie je er weer een heel andere kant van de natuur.

Boek en verhaal

Enige tijd geleden las ik op mijn e-reader De Bourgondiërs van Bart van Loo.

Ik hou van zulke geschiedenisverhalen. En al is het natuurlijk vooral veel wapengekletter, veldslagen, oorlogen en verraad, er was ook veel moois te lezen. Over grote spelen, enorme banketten, bruiloften, cultuur en de geschiedenis van steden als Gent, Brugge. Al met al heerlijk om te lezen.

Maar vorige week ontdekte ik dat Bart van Loo ook diverse podcasts over De Bourgondiërs heeft gemaakt. Acht delen maar liefst, van ruim 1,5 uur elk.

En hij leest het boek niet voor, maar vertelt. Maakt kleine zijsprongetjes of adviseert eens verder te zoeken. En dat is zeer sappig en onderhoudend. Je ziet de maliënkolders voor je, de poedelnaakt edelen die door de Turken in de pan worden gehakt. Tussendoor klinkt muziek uit die tijd. Voor ons onbekend, maar als tijdsbeeld heel waardevol en vaak heel mooi.

Dus wie zich wil verdiepen in de historie kan voorlopig vooruit. De podcasts zijn te downloaden op Spotify en via klara.be.

Of hou het in gedachten, want op koude winteravonden, op de bank onder een dekentje, is dit een goed alternatief voor TV kijken.

Souvenirs

Brengen jullie souvenirs mee van de reizen of tochtjes die je maakt? Ik wil meestal wel iets hebben wat me herinnert aan de reis die we maakten of de plekken die we bezochten.

Geen poppetjes of namaak Eiffeltorens. Nee, meestal zijn het souvenirs die ook weer snel verdwijnen. In onze magen wel te verstaan. Thuis nog even nagenieten van wat er daar te koop en te proeven was.

Natuurlijk kun je hier ook Beerenburg, buitenlandse drank of knoflookworst kopen. Maar juist de plaatselijke specialiteit, net dat andere merk of fabrikant maakt het tot iets speciaals.

Van ons laatste tripje bracht ik kaas mee. Boeren Friese nagelkaas. En geloof me, die is beslist veel lekkerder dan die de grootsuper verkoopt. Maar ja, dat is snel opgegeten. Misschien reden om nog eens terug te gaan?

Grote gezinnen

Lang, heel lang geleden had ik een vriendje uit een gezin van 13 kinderen. Heel iets anders dan bij mij thuis, met 2 dochters. Mijn zus was al getrouwd, dus praktisch gesproken was ik toen enig kind.

De eerste keer dat ik bij hem op bezoek ging, liet ik me natuurlijk van m’n beste kant zien. Na het eten bood ik aan om mee te helpen afwassen. Ik zocht naar een teiltje… Wist ik veel dat daar een flinke wasteil voor gebruikt werd. En die stapel borden, schalen… de enorme pannen. Een hele nieuwe wereld ging voor me open.

Ook viel me op dat moeder aan tafel bleef zitten. De (schoon)dochters gingen aan de slag. Moeder delegeerde, vader verdiepte zich in een boek.

Naderhand kwam ik tot de ontdekking dat het de Bijbel was. Het gezin was streng gereformeerd. Het was ook de reden dat de relatie een beetje moeizaam verliep en al snel ten einde was.

Bron: FaceBook

Maar waarom vertel ik dat hier? Omdat ik op FB deze foto zag. Nee, het is niet dat gezin van mijn vriendje. Ik weet helemaal niet wie deze ouders en kinderen zijn. Maar ik moest meteen weer denken aan die tijd…

Workum

Workum heeft ons hart gestolen. Waarom we nou juist dit zo’n enig stadje vinden, kan ik niet goed verwoorden. Maar het heeft een speciale sfeer.
Het Jopie Huismanmuseum is weer open, het plein op de Markt is prachtig, maar vooral ook gezellig.

Het stadje ademt nog een beetje de grandeur van vroeger. Oude huisjes, vaak nog bijna in de oorspronkelijke vorm. We houden er van.

Omdat het zulk mooi weer was, konden we alle dagen ontbijten en dineren op het terras van het hotel. Dat terras loopt door in een tuin en stap je dan nog wat verder door, kom je bij een sloot met waterlelies. Daarachter ligt het weidse Friese landschap. Groene weiden, een maaiende boer, bomen, lucht en water.

Er staan wat bankjes, zodat de gasten kunnen genieten van de zons-ondergang en het gefluit van de vogels. Er is niet veel nodig om gelukkig te zijn.