Als kind kreeg ik niet zo vaak een ijsje. Er zat een ijszaak verderop in onze straat. Daar was maar één smaak, vanille.
Later ging ik nog wel eens naar Capri, een zaak waar Italiaans ijs verkocht werd. Het was een beroemde zaak in Rotterdam, nog steeds, net als Venezia.
Maar de laatste jaren is ijs en zeker Italiaans ijs overal in de stad te koop. En dat zorgt voor een dillema. Want nemen we wel een ijsje en zo ja, waar dan wel?
Vorige week was ik twee dagen achter elkaar in de stad en het weer zo warm dat we wel een ijsje “moesten” nemen. Eerst bij deze zaak, op de Hoogstraat. De volgende dag weer bij het aloude vertrouwde Venezia.
Elke maandag zal de week beginnen met muziek. Oude songs, nieuwe wijsjes, van vroeger of net uitgebracht. Met veel aandacht voor allerlei talen, maar ook regelmatig een Nederlands nummer. Van heel vroeger, uit de tijd van de charleston of vroege jazz tot de hitparade van nu.
Niet alleen een uitstekend gitariste, maar ook een mooie stem: Bonnie Raitt met “Home”.
Soms vraag ik me af of we alles wel moeten willen. Want er kan zoveel in deze tijd. Wie geen kinderen kan krijgen of verwekken, kan een beroep doen op een donor, op een draagmoeder of op IVF. Het is prachtig dat het kan, maar moet het ook….?
Want er zijn genoeg verhalen bekend van mensen die het donorschap wel heel erg ruim namen en tientallen kinderen op de wereld gezet hebben. Of zo als laatst, een arts die ongevraagd een wensmoeder voorzag van zaad dat helemaal niet was bedoeld om door te geven. En toen bleek later dat het kind een erfelijke ziekte had.
Geen kinderen hebben kan beslist een groot drama betekenen in het leven van een mens. Al weet je weet nooit tevoren welk verdriet of welk geluk je ten deel zal vallen.
Maar dat je verliefd wordt en dan een DNA-test moet ondergaan…. Omdat die ander misschien wel je halfbroer of halfzus kan zijn….
Vorige week zag ik dit kleine doordouwertje uit de put in onze straat komen.
Er moet een keer een zaadje ingewaaide zijn en tussen de stenen blijven steken. Dat is al wonderlijk, want de omstandigheden zijn verre van optimaal. Er rijd dagelijks verkeer over, auto’s geparkeerd en van allerlei viezigheid wordt soms ook in de put gekieperd.
Maar toch groeide het zaadje uit, er kwam zelfs een bloemetje in. En dat piepte nu boven het deksel uit.
Geen item dat de wereldgeschiedenis zal halen. Maar wel iets dat een dag een extra glans je geeft.
Bij Matroos Beek las ik over de podcast “Het fortuin Carlier”. Dat leek me wel wat….
En dus beluisterde ik zeven avonden lang een aflevering. Elke keer een half uurtje, waarin langzaamaan het akelige lot van “de juffrouw” zoals Marie-Antoinette Carlier werd genoemd uit de doeken werd gedaan.
Van de successen van haar vader Hector, zijn turbulente leven, het enorme fortuin dat hij vergaarde naar de laatste troosteloze dagen van zijn dochters en zoon.
Ik vond het een mooie podcast, die ik met veel plezier beluisterde. Maar ook een verhaal waarin ik van de ene in de andere verbazing viel.
Een verhaal over rijkdom, geluk en tegenslag. Maar ook over mensen die compleet verblind zijn door geld en daardoor elke vorm van menselijkheid verliezen. Aasgieren die geen schaamte kennen.
Elke maandag zal de week beginnen met muziek. Oude songs, nieuwe wijsjes, van vroeger of net uitgebracht. Met veel aandacht voor allerlei talen, maar ook regelmatig een Nederlands nummer. Van heel vroeger, uit de tijd van de charleston of vroege jazz tot de hitparade van nu.
Een mij nog niet bekende zangeres, Chimène Badi, zingt “Je viens du sud”. Een herinnering aan het leven in het warmere zuiden.
Eva Philips: Beatrix, hare Majesteit privé detective
Een boek van Eva Philips, met drie verhalen waarin Koningin Beatrix de rol van detective speelt. Dat doet ze met verve en doortastendheid, bijgestaan door haar privé secretaris Henriette.
In het eerste verhaal vindt Beatrix zelf een lijk. Nou ja, haar hond Pongo graaft het op als de koningin wat uurtjes voor zichzelf heeft en wat vergeten rozenstruiken wil gaan snoeien.
Een paar maanden later wordt er een moord gepleegd nabij Paleis Noordeinde. En op slinkse wijze wordt deze moord in de schoenen van de koningin geschoven.
In het derde verhaal zit een klein gezelschap ingesneeuwd op Kasteel het Oude Loo. En moet de dader van de moord zich dus tussen de gasten zitten.
Het zijn niet superspannende verhalen, maar wel met heel veel humor geschreven. De schrijfster geeft heel veel details over het koninklijke leven en het reilen en zeilen in de royality-kringen.
Een heerlijk ontspannen boek, lekker vakantie leesvoer.
Het lijkt me heerlijk om een moestuin te hebben, maar zelfkennis verhindert dat. Daar moet je gedisciplineerd voor zijn, regelmatig wieden, alles netjes bijhouden. Kortom, veel te veel gedoe voor mij. Ik droom er wel van, zie grote oogsten sappige tomaten, heerlijke boontjes en courgettes in overvloed. Maar de paar pogingen die ik ondernam hadden slechts misoogst tot gevolg.
Maar kom ik langs een moestuin, kan ik wel met heel veel bewondering kijken. En erover lezen natuurlijk. Mede-bloggers zijn veel succesvoller als ik en ik geniet dan ook van hun verhalen.
Maar er is één moestuin, die het summum van tuinieren is. Heel lang geleden bracht ik er een bezoek aan en laatst zag ik er weer een foto van. Die was recentelijk genomen, met een drone, dus recht erboven.
En dan komt het prachtige ontwerp van de tuin van kasteel Villandry, want die bedoel ik, nog mooier uit. Een overvloed aan minutieus uitgemeten perken met daarin een enorme sortering van groenten en fruit. Lage heggen van leiboompjes, keurig gesnoeid en in toom gehouden omzomen de smetteloze paden. In het voorjaar met bloesem, later met sappig fruit aan de takken.
Wie er een keer in de buurt is, mag een bezoek er aan niet overslaan. Ook wie niet over groene vingers beschikt zal er met veel plezier rondlopen.
Dit is toch een heerlijk portret van een jonge trompettist. Het doet me altijd denken aan onze jongste. Ook roodharig en vanaf kleuterleeftijd zeer astmatisch.
Een longarts, die zich specialiseerde in kinderen en longproblemen, adviseerde ons dat een blaasinstrument bespelen goede invloed zou kunnen hebben.
Ik zag al een dwarsfluitspelend kind voor me, maar onze zoon koos een trompet. Eerst gehuurd, later gekocht. En ja, zijn gezondheid ging vooruit.
We kwamen een keer laat thuis van vakantie. Al in de auto verheugde hij zich op weer trompet spelen. Dat hij de daad bij het woord voegde zodra we binnen waren, zullen onze buren ons niet in dank hebben afgenomen.
Een tijd lang werd de trompet opgeborgen en verruild voor een gitaar. Maar gelukkig, nu speelt hij al weer jaren met veel plezier in een brassband. En van astma horen we nog maar zelden.