Over the top

Zo nu en dan zie ik op Pinterest iets waar ik me helemaal suf over verbaas. Want hoeveel schoenen kan een mens hebben? Bij mij liggen ze nogal rommelig in een Ikea-kastje.
Maar niet bij Mariah Carey,. Die zet ze allemaal in haar zelf ontworpen “walk-in closet”. En zo te zien is er nog plaats genoeg voor nog meer tassen, schoenen en laarzen.

Levensecht

“Goh, wat een levensechte etalagepoppen”, dacht ik gisteren toen ik in Rotterdam langs deze winkel liep. En toen bewoog de rechtse zich ineens. Ze strikte de veter van haar schoen een beetje beter. Ze waren dus meer dan levensecht. En toen ik een foto van hen wilde maken, gingen ze er nog eens even goed voor zitten.

Zelfgemaakt

Aan schoenenetalages kan ik niet voorbij lopen. Ik moet gewoon altijd even kijken of er iets van mijn gading bij is.
Nou is dat de laatste tijd zelden het geval, omdat ik nu veel meer ga voor stevig, makkelijk en praktisch.
Maar ik kan nog zwijmelen bij dit soort, chique, elegant, hoog gehakt.
En als je ze dan niet dragen kunt, dan maak je er maar een kaart van.

Verstandig

“Zal ik ze nou wel of zal ik ze nou niet kopen? ”
“Worden het de roze of toch maar die gifgroene….?

Ach welnee, ik strompel er vast nog geen meter op weg en waarbij moet ik ze nou dragen? Geen idee. Die kekke, giftige kleurtjes, het model, de extravagante stilettohakken ….

Maar nee, ik was verstandig. Ze staan er nog steeds. Dus als een van jullie….

 

Eetbaar

Laatst had ik met de slager een gesprek over pens. Orgaanvlees, zoals lever, niertjes, zwezerik, wordt hier bijna niet verkocht. Laat staan dat er pens verkocht wordt. Wij kennen pens alleen als hondenvoer, maar in bijna elke slagerij in Frankrijk kun je het gewoon kopen. Volgens de slager mag in Nederland pens niet open bloot tussen het andere vlees in de koelcel liggen; het wordt alleen diepgevroren verkocht, degelijk verpakt door speciaal gecertificeerde bedrijven.

Nou pleit ik hier niet voor een eerherstel van pens. Ik vind het er niet echt appetijtelijk uitzien en zelf heb ik het ook nooit gegeten. Maar dat het beroep van “Tripier” (iemand die ingewanden van koeien, schapen en zo verwerkt) in Frankrijk een speciaal ambacht is, wist ik niet. En dat niet alleen, er zijn speciale websites met recepten en tips voor tripes. Het schijnt dat juist orgaanvlees weer meer en meer wordt gegeten en ook door chefs op de kaart wordt gezet.
Toch gek dat wij dat dan niet eten…..

Terug van weggeweest

Vorig jaar was ik met vriendin Irene in Parijs en bezochten we ook de enorme parfumerie Sephora op de Champs Elysées. Die staat stikvol met luchtjes, crèmes, lotions en wat er al meer te koop is. “Hier hebben we werkelijk alles”, vertelde ik. Maar na afloop zei Irene: “Gar  nicht gut sortiert, denn Tosca und 4711 haben die gar nicht”.
Maar nu kan ik Irene vertellen dat hier in Rotterdam, gewoon bij de Etos, weer 4711 te koop is. In de ouderwetse vertrouwde fles. Als actiegeur nog wel, voor moederdag!
Ik hoef het niet te kopen, want in mijn kledingkast staat nog altijd de fles 4711 van mijn moeder. Ze overleed in 1990, maar die fles staat er nog onaangeroerd en blijft daar staan, modeluchtje of niet.
 

Haken

Gisteravond een workshop “tas haken” gedaan. Met Zpaghetti-garen. Dat is tamelijk dik garen, gemaakt van repen tricotstof.
Het was even wennen, zo’n grove haaknaald en zulke dikke draad. Maar na wat oefenen en de handen losmaken, lukte het. Het leuke was dat je helemaal geen haakster hoefde te zijn. En dat iedereen weer een heel andere tas had gemaakt. Dit was het resultaat van mijn inspanningen:

Open dag 2011

Zoals gewoonlijk was de tweede zaterdag in september gereserveerd voor de open dag van de Rotterdamse Snijschool. Er is op dit moment weer meer belangstelling voor het zelf maken van kleding en het was dan ook druk.

Dit keer kon ik geen foto’s van de modeshow maken, omdat ik zelf meeliep en mijn “divajas” toonde.

Maar een kleine indruk van wat er zoal te zien was kan ik toch wel geven. Het aanbod was weer zeer gevarieerd: kinderkleding, herencolberts, balroomjurken, sjieke tailleurs  en nog veel meer.

De onderste foto toont een stukje backstage, waar de mini-mannequins zich amuseerden met kleurplaten en viltstiften.

Diva

Hier is ie dan: de jas waarover ik vorige week al schreef.

Helemaal zelf ontworpen, patroon getekend, geknipt en genaaid. Uiteraard met de nodige aanwijzingen van mevrouw Both en Henny van de Rotterdamse Snijschool. Het was geen snel project, maar ik heb er erg veel van geleerd.

Hierboven staat een collage van foto’s die ik maakte gedurende het hele proces.
Hij is gemaakt van tweekleurig, dubbel fleece. Ik was van plan om de rand aan de onderzijde van de binnenkleur te maken, net als de rand langs de mouwen. Maar dat werd uiteindelijk niet mooi, alsof ik stof te kort was gekomen. Tja, soms pakken de ideeën niet zo uit als je dacht…
De grote kraag is wel helemaal volgens plan. Ik voel me er een beetje een diva mee.

Voorlopig gaat ie nu even de kast in, tot de herfst en het weer koud en guur wordt.