Recept

Zoals beloofd vandaag het recept voor het deeg van de gevulde speculaas.

Deeg:
75 gram bloem
75 gram zelfrijzend bakmeel
100 gram (room)boter
50 gram lichtbruine basterdsuiker
ca 2,5 theelepel speculaaskruiden
1 eetlepel melk
1 ei + 1 ei om te bestrijken
snufje zout

Meng in een kom de bloem, suiker, speculaaskruiden en het zout. Snijdt de boter er met 2 messen doorheen en meng daarna met de melk tot een stevig samenhangend deeg.

Dat kan ook in de keukenmachine. Ik deed dat meteen na het maken van de amandelpers. In de koelkast blijft het deeg wel een of twee dagen goed. Scheelt wel afwas 😉 In elk geval moet het deeg minstens 1 uur in de koelkast rusten en koelen.

Verwarm de oven voor op ca. 160 graden. Vet de bakvorm in en bekleed eventueel met een velletje bakpapier.
Deel het deeg in tweeën. Rol uit tot een lap die groot genoeg is om de bakvorm en de rand te bekleden (ik gebruikte een vorm van ca. 20×20 cm).

Verdeel dan de amandelpers over het deel. Rol het andere deeg uit ter grootte van de vorm en leg op de amandelpers. Druk goed aan en druk wat amandelen in het deeg. Bestrijk het tenslotte met wat los geklopt ei.

Zet de vorm in de oven en bak ca. 40 minuten. Haal de bakvorm daarna uit de oven en laat afkoelen. Daarna kan de gevulde speculaas uit de vorm gehaald en gesneden worden.

VEEL SUCCES EN EET SMAKELIJK!!

Recept

Op veler verzoek ( 😉 ) is hier het recept van mijn onvolprezen gevulde speculaas. Ik geef vandaag het recept voor amandelpers, morgen ga ik verder met het deeg.

Amandelpers:
100 gram amandelen
100 gram kristalsuiker
1 theelepel rozenwater *)
1/2 ei
1 eetlepel room
rasp van 1 bio citroenschil
wat druppels citroensap

Maak de amandelpers liefst enige dagen tevoren, zodat de smaken goed kunnen rijpen.
Haal de bruine vliesjes van de amandelen door ze in ruim water ca. 1 minuut te koken en dan koud af te spoelen. De vliesjes kunnen er dan makkelijk vanaf geschoven worden. Droog de amandelen in een theedoek.
Heb je geen rozenwater in huis, dan kun je het ook weglaten.

Voor het malen van de amandelen is een keukenmachine erg handig, maar vroeger heb ik het ook met zo’n ouderwets molentje gemaakt.

Maal de amandelen tot een grof mengsel. Voeg dan de suiker toe en maal tot het lijkt op grof zand.
Voeg het rozenwater en citroenrasp toe en maal tot een samenhangend “deeg”. Doe over in een schaal en roer er de room en het ei door. Het moet enigszins smeerbaar worden, maar niet vloeibaar. Mocht het te droog zijn, voeg dan nog wat druppels water toe.
Dek af met plasticfolie en zet in de koelkast.

Recept: Kippenlevertjes met amandelen

Vandaag wordt in het Openluchtmuseum in Arnhem een replica van een Chinees restaurant geopend. Want Chinees halen, dat doen we toch allemaal wel eens.
Maar zelf klaar maken kan ook, dus  vandaag een echt Chinees recept. De sambal moet je er zelf bij doen 😉

Met stokjes eten...

Met stokjes eten...

Kippenlevertjes met amandelen

(4 personen)

250 – 300 gram kippenlevertjes

3 eetlepels olie

75 gram witte amandelen

1 knoflookteen, gepeld maar niet gehakt

75 gram. Peultjes

½ stronje chinese kool, in reepjes

2 eetlepels maizena

2 eetlepels sojasaus

2 dl. Kippenbouillon

zout en peper naar smaak

Maak de levertjes schoon en snijdt ze in stukken

Verhit de olie in de wok, doe de amandelen erin en draai het vuur meteen laag. Bak de amandelen tot ze lichtbruin zijn. Haal ze met een schuimspaan uit de olie en zet apart.

Doe daarna het knoflookteentje in de de olie, zet het vuur hoog en bak het goed bruin. Daarna het teentje uit de pan nemen en weggooien.

Doe dan de kippenlevers in de olie en wok ze omscheppend zo’n 2-3 minuten. Schep ze uit de pan en zet apart.

Wok de groenten ongeveer 1 minuut en schep uit de pan, zet apart.

Giet de kippenbouillon en de sojasaus in de olie, laat het aan de kook komen.

Meng de maizena met wat koud water en bind hiermee de saus. Breng op smaak met zout en peper.

Voeg de groenten en kippenlevertjes weer toe en warm alles nog even goed door.

Schep in een verwarmde schaal en bestrooi met de amandelen.