Niet geslaagd

img_20251017_1321261512218135256572752133

In 2013 werd in Diergaarde Blijdorp een nieuwe vlinderhal (Amazonica) geopend. Het was een zeer indrukwekkend gebouw, met een groot koepeldak dat uit vele driehoekige segmenten was opgebouwd.

Helaas bleek deze innovatieve constructie niet bestand tegen de weersinvloeden. Bij storm of hagel sneuvelde soms één of meerdere segmenten. Die repareren was een heel lastig en ook kostbaar karwei.

Hierdoor was men in 2023 genoodzaakt de hal te sluiten. Uiteraard nadat alle daarin levende dieren -en dat waren niet alleen vlinders- ergens anders een plek hadden gevonden.

Nu staat het gebouw al geruime tijd leeg. Alle kunststoffen panelen zijn verwijderd en het hout ziet er op sommige plekken slecht uit. Jammer dat zo’n veelbelovend experiment zo moet eindigen.

Zicht

Dit is een doorkijkje vanaf de Schiedamse dijk. Rotterdam grossiert in hoogbouw, dat is duidelijk te zien. Hoog, hoger, hoogst en het eind is geloof ik nog niet in zicht.

Vroeger werd het Witte Huis al een “wolkenkrabber” genoemd. In 1897 werd met de bouw daarvan begonnen en toen het klaar was, was het hoogste gebouw van Europa.

Maar ja, tijden veranderen en nu is het Witte Huis een mini tussen alle maxi. Wie goed kijkt op deze foto, ziet nog een klein stukje van die eens enorme “wolkenkrabber”.

Waar op dit moment het hoogste gebouw in Europa staat, ik heb geen idee. Zodra ergens een record wordt gevestigd, begint er ergens anders een nieuw project.

Beetje jungle

Vorige week stelde M. een wandeling voor over het laarzenpad. Het wat…? Ze wees vagelijk richting Rotte, de brug over en dan, nou ja daar ergens is het. Ik weet wel hoe we gaan moeten. We knikten, ook R. met haar rollator.

En daar gingen we, M. achterna. Acht dames, allen ruim 70 jaar oud en sommige zelfs richting 90, stapten voort.

De dijk op naar de Rotte, de brug over, best een stevige klim en dan richting ….? Ja, hierheen…..! Het viel mee, eerst voornamelijk zelfs asfalt. Die laarzen zouden we die nog nodig hebben?

Maar dan zwaait M. naar links af. Een zeer hobbelig en nogal wild pad, smal en met hoge planten links en rechts. Er liggen smalle en wat griezelige planken bruggetjes op het parcours. De rollator moet zo nu en dan een beetje getrokken worden, sommige dames willen wel een helpend handje. We moeten goed opletten waar we onze voeten zetten. Vallen willen we tenslotte niet.

Maar uiteindelijk komen we weer op meer gebaande wegen. We weten weer waar we zijn en dan lonkt er koffie onder een parasol. Een beetje avontuurlijke maar lekkere wandeling. Die gaan we vast nog eens lopen.

Dagje weg…

…dat was ik afgelopen maandag, met de trein naar Amsterdam. Lekker op m’n gemak, met de sprinter. En in Amsterdam zat Bettie op me te wachten in de brasserie op het 1e perron. Daar hebben we al heel vaak afgesproken en uuuuren gekletst.

Ook deze keer namen we ruim de tijd om bij te praten. En daarna namen we de tram naar Artis. Na een broodje gingen we apies kijken. Maar die waren verhuisd. In hun oude verblijf zaten nu otters. Ze zaten er nog maar net, maar zo te zien hebben ze het heerlijk naar hun zin en ze vermaken de bezoekers met hun capriolen.

Natuurlijk zagen we nog veel meer dieren, maar ook enorme planten. Artis is groter dan ik had gedacht en we kwamen zo prima de middag door.

Tussen Artis en de reis weer terug deden we een echt toeristen uitje, we maakten een rondvaart. Leuk om de grachtenpanden van onderaf te zien.

De dag eindigde weer in de brasserie, waar we nog een hapje aten en toen weer ieder een andere kant op reden.

Fijne dag, lekker weer en gezellig bijgekletst. 👍🍀

Vakantieherinnering

In 1988 gingen we met onze toen nog tienerkinderen naar Weissenborn, in Duitsland. Het was de laatste plaats voor de Oostduitse grens.

Toen we aankwamen regende het, ook de volgende dag nog. Maar het werd alsmaar kouder, er hingen inmiddels ijspegels aan de waslijn. En toen we de volgende morgen naar buiten keken was de wereld helemaal bedekt onder een dikke sneeuwdeken. En onze auto onder een dikke ijslaag verborgen.

En het bleef sneeuwen. We konden niet weg, moesten in het dorp onze boodschappen halen. We waren ingesneeuwd. Och, eigenlijk wel een leuk avontuur.

Toen was er nog een kruidenier, een slager, een bakker in het dorp. Dus honger hoefde we niet te lijden. Na een paar dagen kende men ons al een beetje. De kruidenier, altijd gekleed in de zelfde dikke trui, maakte al snel een praatje. We roken waar er gebakken werd en hoorden varkens schreeuwen en koeien loeien.

En natuurlijk genoten we van de natuur rond om het dorp. Het was er nog zo puur, zo ongerept. Je kon er heerlijk wandelen, wat we dan ook volop deden.

Als we ’s middags bij het café wat gingen eten, kregen de jongens al meteen een groot glas Malzbier voorgezet en Leo een bier, met mooie schuimkop. We aten schnitzels, bratwurst, sauerkraut en grunkohl en voelden ons er erg op ons gemak.

Zomaar een herinnering aan een leuke vakantie.

Details

Tussen mijn boeken lag jarenlang “…” van …. Zij had jarenlang een rubriek in de NRC, waarin ze kleine, soms bijna onzichtbare dingen toonde in allerlei kunstuitingen. Dat boek heb ik heel vaak ingekeken. Maar soms verdwijnen zulke boeken in de boekenkast en raken uit het zicht.

Toch heb ik het weer teruggezocht, want ik moest er ineens aan denken toen ik vorige week dit fotografeerde. Wie het niet dadelijk herkent, het is een stukje van een voetpad bij ons in de buurt.

Het leek me in eerste instantie een vleugel van een vogel, maar het is waarschijnlijk een schelp, vertrapt en platgedrukt door de wals. Maar op de een of andere manier toch opvallend. En ineens zag ik er ook nog een Indiaan in.

Wie goed om zich heen kijkt, vindt altijd wel iets bijzonders. Zelfs op het voetpad tijdens een wandeling.

Maassluis

Zoals gewoonlijk gaat De Ganzenpas in deze tijd altijd een dagje weg. Dit jaar werd het Maassluis. Daar kunnen we allemaal gemakkelijk komen, want je rijdt er met de metro zo heen.

We waren echte Ganzen hoor, want bij allerlei stations stapte wel een wandelgans in. Na een uurtje waren we er en liepen we wat door het stadje. Maassluis is in de zomer een echte toeristische attractie, maar nu niet. Overal was het redelijk stil, ook al omdat het weer helemaal niet mee wilde werken.

Gelukkig hadden we een tafel voor de lunch gereserveerd en schoven we wat eerder aan voor warme koffie en kozen we daarna uit het heerlijke broodjes assortiment.

En hoewel we elkaar bijna elke week zien, hebben we nooit tekort aan gesprekstof. Het was dus weer ouderwets gezellig.

Verbod…..

Bron: Algemeen Dagblad

Zo nu en dan geloof ik mijn ogen niet als ik lees wat er zoal in de krant staat.

Neem nou het bericht dat de provincie Brabant plannen heeft om auto’s op benzine of diesel te verbieden tot vijf kilometer vanaf groene gebieden.

Stel je voor, je wilt lekker gaan wandelen met je kroost en moet eerst 5 kilometer lopen om bij een boom te kunnen komen. Of je bent gehandicapt. Dan word je door zo’n maatregel gedwongen om thuis te blijven.

Wie bedenkt zoiets? Vast geen ambtenaar op drie hoog achter. Ik vermoed eerder iemand met een ruime strook groen in zijn woonomgeving.

Het lijkt wel alsof sommigen er op uit zijn om chaos te creëren. Terwijl de natuur toch is om gezellig te genieten van alles wat groeit en bloeit.

Nog meer wandelen

Vorige week was het was toch veel te mooi weer om binnen te blijven? Het leek soms wel zomer. Dus spraken de Ganzen af om een rondje Kralingse Plas te doen.

Dat betekende dat we iets vroeger weggingen, de metro naar Kralingen namen en daar in kordate pas naar de Kralingse Plas liepen. Met onderweg natuurlijk regelmatig een korte fotostop voor de heerlijke herfstkleuren.

Halverwege even een rustmoment om bij te praten, koffie te drinken en sanitaire stops in te lassen. Wat valt er verder nog aan toe te voegen dan wat foto’s van onze gezellige wandelochtend?

In alle seizoenen

Dit bootje hoort bij Trompenburg Arboretum en het ligt heel vaak in de sloot achter de grote schuur.

Vrijwel altijd komen we daar tijdens een wandeling langs. En ook bijna altijd maak ik er een foto van. Die zijn niet altijd even mooi of goed belicht.

En natuurlijk is de omgeving ook niet altijd fotogeniek. Want er is wel veel groen, maar soms is het licht te grijs, te donker of valt er nauwelijks kleur te bekennen.

Maar op de een of andere manier wil ik er dus altijd een plaatje schieten.

Gewoon, voor mijn eigen plezier, want ik vind dit een heel schilderachtig plekje.