Overdaad

Eigenlijk een beetje aansluitend op het blog van gisteren. Want wat zie je i deze tijd toch veel overdreven luxe voorbij komen. En het houdt niet op!

In mijn jeugd hadden we alleen zo rond kerst kaarsjes aan, nu worden er honderdduizenden waxinelichtjes en kaarsen per jaar verstookt. Wijn kwam zelden op tafel, nu halen we de flessen per doos en klinken we (bijna) alle dagen. Van champagne kon ik alleen maar dromen, dat was drinken voor prinsen en prinsessen. Nu liggen de flessen bij de buurt super.
En die glazen, van echt of nep kristal, zelf gekocht of zelf met zegels gespaard, zijn ook niet meer helemaal je dat. Die moet je oppimpen, net als de koekjes die je bakt. Met zilver, goud, groen, geel, oranje en groen. Hoe bonter hoe beter.Net als de prikkertjes in de hapjes. Een houten stokje kan echt niet meer, daar moet op z’n minst een zelfgemaakt fluttertje op.

Ik hou het deze kerst bij een eenvoudige tulband, met alleen poedersuiker als versiering. Die ga ik zo meteen eens – heerlijk op mijn gemak – bakken.

Spreuk van de week

  Laten we de week beginnen met een spreuk. Grappige gezegden om te (glim)lachen of wijze woorden om te overdenken. Elke maandag vind je er hier een.

Te veel hebben bederft het plezier van voldoende hebben. Anoniem

Sterretjes

Een paar dagen geleden keek ik in de bieb een aantal woonbladen in. En in no time zag ik sterretjes. Grote, kleine, dikke, dunne, van ijzerdraad, in goud of zilver, van berkentakken, wit bepoeierd, geknipt uit papier, gehaakt, van zilverfolie, gevouwen, gestempeld of getekend. Ze stonden op pakjes, dozen, muren, glazen, bordjes, ze glinsterden tussen het bestek, op tafels en stoelen.

Kerstsfeer oké, maar mag het ook iets minder? Het lijkt wel of je in deze tijd je hele huis moet omzetten. Alle meubels moet vervangen door dingen met een kersttintje. De muren schilderen en versieren, strikken met kerstballen en sterren aan de stoelen.

Nou ja, ik vond het gewoon iets te veel van het goede.